Regenen (to rain) conjugation

Dutch
25 examples

Conjugation of regenen

Hij/Zij/Het
Present tense
regent
he/she/it rains
Present perfect tense
heeft geregend
he/she/it has rained
Past tense
regende
he/she/it rained
Future tense
zal regenen
he/she/it will rain
Hij/Zij/Het
Conditional mood
zou regenen
he/she/it would rain
Subjunctive mood
regene
he/she/it rain
Past perfect tense
had geregend
he/she/it had rained
Future perf.
zal geregend hebben
he/she/it will have rained
Hij/Zij/Het
Conditional perfect tense
zou geregend hebben
he/she/it would have rained
Du
Ihr
Imperative mood
regen
rain
-
rain

Examples of regenen

Example in DutchTranslation in English
"Het gaat weer regenen."It's going to rain again.
"Ik heb het nog nooit zo zien regenen" -dat is wat Bratton zei."I've never seen rain like it" - that's what Bratton said.
"ik wed dat het vandaag gaat regenen.""I bet it's going to rain today."
# Mannen regenen.# From the sky, husband will rain like cats and dogs.
# Mannen, heren regenen. Uit de hemel minaars #Husband will rain. #
"Bloed regent op eerste tiran."Blood rains upon the first ignorant tyrant.
"Daar regent 't nooit en je hoort nooit iemand hoesten... "of tuberculose krijgen of zoiets.It never rains there, and you never hear of anyone coughing... or getting the consumption or anything like that.
's Nachts zitten er muggen en overdag regent het.At nighttime there are mosquitoes. During the day it rains.
- Als het hier regent, houdt het niet op.- When it rains up here, it doesn't stop.
- Als het zonnig is en het regent?When it's sunny and it rains?
"Ik zweer dat het zo hard regende, dat ik er die avond slechter uitzag dan Oleniak.""I swear it rained so hard I looked worse than Oleniak that night."
"het regende de hele dag toen ik weg ging, het weer, het was droog."It rained all night the day I left, The weather, it was dry.
- Helaas regende het die nacht.Unfortunately, it rained that night.
- Het regende 10.000 millimeter per dag.- They say it rained 400 inches a day.
- Het regende die nacht.It rained that night.
't Had de hele dag geregend.It had rained that day.
- Het heeft geregend.But it rained.
- Het heeft vannacht geregend.- It rained last night before dawn.
- Het was donker, het had geregend hij was verdwaald.But it was dark and it had rained.
- Hier heeft het ook geregend.it's pouring. It rained here yesterday.
" ln de regen of de felle zon"ln the rain or the blazing sun
"'Ik hou ervan hoe dingen er mooi uitzien in de regen', zegt Alice"."'And I love how things look beautiful in the rain,' says Alice."
"De goede mensen van New Orleans stonden in de rij in de regen voor de zeldzame gelegenheid voor het betalen van 1 dollar voor een fles van dit wonder medicijn.The good people of New Orleans stood in line in the rain for the rare opportunity of paying $ 1 for a bottle of this miracle medicine.
"De regen komt."The rains are coming.
"Deze regen brengt een seizoenswisseling." "Deze winter verwarmt me met de vuren van Lodi."This rain brings along with it the swings of my seasons... this winter fills me with the warmth of the fires of my Lodi

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

eigenen
do
regelen
arrange
regeren
govern
rekenen
calculate
rojenen
do
zegenen
bless

Similar but longer

afregenen
do
beregenen
do
inregenen
rain from

Random

psalmeren
psalm honor
rapporteren
rap
rechtbuigen
straighten
rechten
right
rectificeren
rectify
refuseren
do
regelen
arrange
regenereren
arrange
rekruteren
recruit
renoveren
renovate

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'rain':

None found.
Learning languages?