Conjugation
Etymology
Blog
Courses
Get a Dutch Tutor
Conjugation
Etymology
Blog
afregenen
to do
Conjugation
Details
Looking for learning resources?
Study with our courses!
Get a full course →
Conjugation
of
afregenen
Translation
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
regen af
I do
regent af
you do
regent af
he/she/it does
regenen af
we do
regenen af
you all do
regenen af
they do
Present perfect tense
heb afgeregend
I have done
hebt afgeregend
you have done
heeft afgeregend
he/she/it has done
hebben afgeregend
we have done
hebben afgeregend
you all have done
hebben afgeregend
they have done
Past tense
regende af
I did
regende af
you did
regende af
he/she/it did
regenden af
we did
regenden af
you all did
regenden af
they did
Future tense
zal afregenen
I will do
zult afregenen
you will do
zal afregenen
he/she/it will do
zullen afregenen
we will do
zullen afregenen
you all will do
zullen afregenen
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou afregenen
I would do
zou afregenen
you would do
zou afregenen
he/she/it would do
zouden afregenen
we would do
zouden afregenen
you all would do
zouden afregenen
they would do
Subjunctive mood
regene af
I do
regene af
you do
regene af
he/she/it do
regene af
we do
regene af
you all do
regene af
they do
Past perfect tense
had afgeregend
I had done
had afgeregend
you had done
had afgeregend
he/she/it had done
hadden afgeregend
we had done
hadden afgeregend
you all had done
hadden afgeregend
they had done
Future perf.
zal afgeregend hebben
I will have done
zal afgeregend hebben
you will have done
zal afgeregend hebben
he/she/it will have done
zullen afgeregend hebben
we will have done
zullen afgeregend hebben
you all will have done
zullen afgeregend hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou afgeregend hebben
I would have done
zou afgeregend hebben
you would have done
zou afgeregend hebben
he/she/it would have done
zouden afgeregend hebben
we would have done
zouden afgeregend hebben
you all would have done
zouden afgeregend hebben
they would have done
Present bijzin tense
afregen
I do
afregent
you do
afregent
he/she/it does
afregenen
we do
afregenen
you all do
afregenen
they do
Past bijzin tense
afregende
I did
afregende
you did
afregende
he/she/it did
afregenden
we did
afregenden
you all did
afregenden
they did
Future bijzin tense
zal afregenen
I will do
zult afregenen
you will do
zal afregenen
he/she/it will do
zullen afregenen
we will do
zullen afregenen
you all will do
zullen afregenen
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou afregenen
I would do
zou afregenen
you would do
zou afregenen
he/she/it would do
zouden afregenen
we would do
zouden afregenen
you all would do
zouden afregenen
they would do
Subjunctive bijzin mood
afregene
I do
afregene
you do
afregene
he/she/it do
afregene
we do
afregene
you all do
afregene
they do
Du
Ihr
Imperative mood
regen af
do
regent af
do
Further details about this page
LOCATION
Cooljugator
/
Dutch
/
afregenen
RELATED PAGES
afregelen
adjust
afrekenen
pay
beregenen
do
inregenen
rain from
Back to Top