Decoreren (to decorate) conjugation

Dutch
19 examples

Conjugation of decoreren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
decoreer
I decorate
decoreert
you decorate
decoreert
he/she/it decorates
decoreren
we decorate
decoreren
you all decorate
decoreren
they decorate
Present perfect tense
heb gedecoreerd
I have decorated
hebt gedecoreerd
you have decorated
heeft gedecoreerd
he/she/it has decorated
hebben gedecoreerd
we have decorated
hebben gedecoreerd
you all have decorated
hebben gedecoreerd
they have decorated
Past tense
decoreerde
I decorated
decoreerde
you decorated
decoreerde
he/she/it decorated
decoreerden
we decorated
decoreerden
you all decorated
decoreerden
they decorated
Future tense
zal decoreren
I will decorate
zult decoreren
you will decorate
zal decoreren
he/she/it will decorate
zullen decoreren
we will decorate
zullen decoreren
you all will decorate
zullen decoreren
they will decorate
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou decoreren
I would decorate
zou decoreren
you would decorate
zou decoreren
he/she/it would decorate
zouden decoreren
we would decorate
zouden decoreren
you all would decorate
zouden decoreren
they would decorate
Subjunctive mood
decorere
I decorate
decorere
you decorate
decorere
he/she/it decorate
decorere
we decorate
decorere
you all decorate
decorere
they decorate
Past perfect tense
had gedecoreerd
I had decorated
had gedecoreerd
you had decorated
had gedecoreerd
he/she/it had decorated
hadden gedecoreerd
we had decorated
hadden gedecoreerd
you all had decorated
hadden gedecoreerd
they had decorated
Future perf.
zal gedecoreerd hebben
I will have decorated
zal gedecoreerd hebben
you will have decorated
zal gedecoreerd hebben
he/she/it will have decorated
zullen gedecoreerd hebben
we will have decorated
zullen gedecoreerd hebben
you all will have decorated
zullen gedecoreerd hebben
they will have decorated
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gedecoreerd hebben
I would have decorated
zou gedecoreerd hebben
you would have decorated
zou gedecoreerd hebben
he/she/it would have decorated
zouden gedecoreerd hebben
we would have decorated
zouden gedecoreerd hebben
you all would have decorated
zouden gedecoreerd hebben
they would have decorated
Du
Ihr
Imperative mood
decoreer
decorate
decoreert
decorate

Examples of decoreren

Example in DutchTranslation in English
Als ik ermee geboren was, zou ik ook mijn muur met gestolen Van Goghs decoreren.Heck, if I was born with them, I'd probably decorate my walls with stolen Van Goghs as well.
Alsof je niet al genoeg manieren had om je roze huid te decoreren.As if you hadn't found enough ways to decorate that pink hide of yours.
Bijvoorbeeld professioneel decoreren.I suggested that she do something with her talent... like, uh, like decorate professionally.
De Führer zelf zal me decoreren.The Fuhrer himself will decorate me.
Diva's zullen jullie decoreren graag.I know how y'all divas like to decorate.
..en decoreer het gewelf van de hemel...let's decorate the canopy of the sky.
Ik decoreer elke man in deze penetratie, wie hij ook is.I'm gonna decorate every man in this penetration, whoever they are.
Luitenant von Witzland, decoreer je mannen !Lieutenant von Witzland, decorate your men!
Nog één woord, één maar, en ik decoreer die muur met uw hersenen.One more word out of you, just one and I will decorate that wall with the insides of your head.
Als je je kamer net zo decoreert als je je kleedt.If you decorate your room the way you dress ouch.
Die decoreert ze met verf en ze maakt collages, met foto's.She... she, like, decorates them with puffy paint and, like, does these little collages, you know, with pictures and stuff.
Je wilt je huis verkopen, jouw makelaar decoreert het.You want to sell your house, your Realtor decorates it.
- Ik ben een gedecoreerd agent.I'm a decorated officer.
- Ik heb alle etalages gedecoreerd.- I decorated display windows.
..iemand heeft de wereld ermee gedecoreerd...someone has decorated this world with them.
Aardige carrière ook, hoog gedecoreerd.You had a hell of a career, too; highly decorated officer.
Allen die gedecoreerd worden... kom voorwaarts !Those to be decorated... step forward!
Ik was net gescheiden. mijn antidepressiva was nog niet aangepast, dus ik nam de ornamenten uit de boom naast de kassa, en ik decoreerde de serveerster.I'd just gotten divorced. My antidepressants hadn't been adjusted yet, so I took the ornaments off the tree next to the register and decorated the waitress.
Het rare met deze boeken is dat de monniken die ze decoreerden, zich nauwelijks bewust lijken te zijn van enige vorm van klassieke of christelijke cultuur.The strange thing about these books is that the monks who decorated them seem to have had so little consciousness of any form of classical or Christian culture. (PLAINSONG) They're all gospel books but they're almost devoid of Christian symbols, except for the fierce oriental-looking beasts who symbolise the four Evangelists.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

decideren
decide
decimeren
decimate
decoderen
decode

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

consenteren
consent honor
consigneren
consign
couperen
counter
daten
date
decentraliseren
decant
declasseren
declaim
deconstrueren
deconstruct
decouperen
jigsaw
deelnemen
participate
demystificeren
demystify

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'decorate':

None found.
Learning languages?