tossen

- En wij tossen niet met een muntstuk.

- And we don't have a coin toss. - No?

- Om zoiets kun je niet tossen.

You can't decide a thing like this on the toss of a coin.

- We gaan tossen.

We'll toss.

- We tossen erom.

- Coin-toss time.

- We tossen om het kamertje.

We'll toss for the small room.

Vice-President Lewis heeft de tos gewonnen.

Vice President Lewis won the coin toss.

Een makkelijke beslissing aangezien ik erom getost heb.

It was an easy decision: I tossed a coin.

Ik heb getost wie het bed krijgt. Jij hebt verloren.

I tossed a coin for the bed, and you lost!

Nou , ze zetten haar op het einde in de boxkamer We hebben er met een muntsuk om getost.

Well, they put her in the box room at the end. We tossed a coin.

We hebben getost wie erheen mocht. Mick heeft gewonnen.

Actually, we tossed a coin to see who'd catch it, and Mick won.

Dus ik toste een munt om het lot te laten beslissen.

So I tossed a coin and let fate decide.