Nestelen (to nest) conjugation

Dutch
15 examples

Conjugation of nestelen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
nestel
I nest
nestelt
you nest
nestelt
he/she/it nests
nestelen
we nest
nestelen
you all nest
nestelen
they nest
Present perfect tense
heb genesteld
I have nested
hebt genesteld
you have nested
heeft genesteld
he/she/it has nested
hebben genesteld
we have nested
hebben genesteld
you all have nested
hebben genesteld
they have nested
Past tense
nestelde
I nested
nestelde
you nested
nestelde
he/she/it nested
nestelden
we nested
nestelden
you all nested
nestelden
they nested
Future tense
zal nestelen
I will nest
zult nestelen
you will nest
zal nestelen
he/she/it will nest
zullen nestelen
we will nest
zullen nestelen
you all will nest
zullen nestelen
they will nest
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou nestelen
I would nest
zou nestelen
you would nest
zou nestelen
he/she/it would nest
zouden nestelen
we would nest
zouden nestelen
you all would nest
zouden nestelen
they would nest
Subjunctive mood
nestele
I nest
nestele
you nest
nestele
he/she/it nest
nestele
we nest
nestele
you all nest
nestele
they nest
Past perfect tense
had genesteld
I had nested
had genesteld
you had nested
had genesteld
he/she/it had nested
hadden genesteld
we had nested
hadden genesteld
you all had nested
hadden genesteld
they had nested
Future perf.
zal genesteld hebben
I will have nested
zal genesteld hebben
you will have nested
zal genesteld hebben
he/she/it will have nested
zullen genesteld hebben
we will have nested
zullen genesteld hebben
you all will have nested
zullen genesteld hebben
they will have nested
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou genesteld hebben
I would have nested
zou genesteld hebben
you would have nested
zou genesteld hebben
he/she/it would have nested
zouden genesteld hebben
we would have nested
zouden genesteld hebben
you all would have nested
zouden genesteld hebben
they would have nested
Du
Ihr
Imperative mood
nestel
nest
nestelt
nest

Examples of nestelen

Example in DutchTranslation in English
"lk kan niet wachten om te nestelen en misschien kinderen krijgen "."Can't wait to nest "and maybe pump out some babies. Oui!
Alle worden geleid door hetzelfde instinct. Naar huis gaan om te nestelen.They're all driven by the same instinct, to return home to nest.
Als een meisje hier wakker wordt hoef ik nooit te zeggen dat ze hier niet kan nestelen.So you see, Whenever a girl wakes up here, I never have to tell her to go build her nest somewhere else.
Als ze het maar niet wagen te nestelen in Oklahoma!How dare them to nest in Olakhoma?
Als ze zich nestelen, blijf dan weg.When they're nesting, stay away.
Als je suggereert dat ik daarin nestel, dan kan je er niet meer naast zitten.If you are suggesting that I nest in those, you could not be more off base.
- Er nestelt een in de la van uw koelkast. Zo zie je maar wat u weet.You've got one nesting in the produce bin of your refrigerator.
Daar voorbij, in het midden van het eiland, zijn de rotsen waar de Roc nestelt.Beyond, in the center of the island, are the peaks where the great birds nest.
De baby komt daar en nestelt zich in en... jullie knuffelen innig.The baby comes in there and he nestles in. And you guys hug and get real tight.
De worm zit in zijn ruggengraat, hij nestelt zich, hij wacht...The worm's in his cervical spine, nesting, waiting.
Dr. Nick Tapadopoulos gelooft dat het dier nestelt en Manhattan gebruikt als broedplaats voor de soort.A direct path can be traced from Manhattan to French Polynesia... where nuclear tests have been going on for more than two decades. Research team member Dr. Nick Papadopoulus believes.... the creature may be nesting... using Manhattan as ground zero to cultivate the species.
De grootste ster is hier omgeven door een koppel van baby sterren... ieder genesteld in zijn eigen cocon.The biggest star here is surrounded by a flock of baby stars each nested in its own cocoon.
Hij had een speciale plek... Waar hij souvenirs bewaarde en zich nestelde.He had this special place where he kept souvenirs where he nested.
Ze nestelden zich in z'n oren.They nested in his ears.
Er is al 40 jaar geen nestelend paar gezien in het park.Oh. There haven't been a nesting pair in the park for 40 years.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

afstelen
do
bestelen
rob
neuzelen
do

Similar but longer

innestelen
do

Random

nazeggen
repeat
neerklappen
fold
neerkletteren
patter down
neerpoten
down legs
neersteken
stab
neppen
do
nesten
nest
nopen
induce
nuanceren
nuance
nummeren
assign a number

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'nest':

None found.
Learning languages?