Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Zeulen (to lug) conjugation

Dutch
7 examples
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
zeul
zeult
zeult
zeulen
zeulen
zeulen
Present perfect tense
heb gezeuld
hebt gezeuld
heeft gezeuld
hebben gezeuld
hebben gezeuld
hebben gezeuld
Past tense
zeulde
zeulde
zeulde
zeulden
zeulden
zeulden
Future tense
zal zeulen
zult zeulen
zal zeulen
zullen zeulen
zullen zeulen
zullen zeulen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou zeulen
zou zeulen
zou zeulen
zouden zeulen
zouden zeulen
zouden zeulen
Subjunctive mood
zeule
zeule
zeule
zeule
zeule
zeule
Past perfect tense
had gezeuld
had gezeuld
had gezeuld
hadden gezeuld
hadden gezeuld
hadden gezeuld
Future perf.
zal gezeuld hebben
zal gezeuld hebben
zal gezeuld hebben
zullen gezeuld hebben
zullen gezeuld hebben
zullen gezeuld hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gezeuld hebben
zou gezeuld hebben
zou gezeuld hebben
zouden gezeuld hebben
zouden gezeuld hebben
zouden gezeuld hebben
Du
Ihr
Imperative mood
zeul
zeult

Examples of zeulen

Example in DutchTranslation in English
- Je weet wel, je wilt er niet mee zeulen.You know, you don't want to lug it around.
Danny, ik weet dat je al een miljoen versterkers moet zeulen. Ik doe dit.All right, Danny, cut the "mister" crap, and you got like a million amps to lug.
En maar zeulen met die meubelen. Maar Theis is de man die naar huis gaat naar z'n vrouw en kinderen.You lug some piece of furniture but Theis is the one who goes home to the wife and kids.
Het hele weekend met zware dozen zeulen?Wait. You mean we have to lug heavy boxes all weekend?
Hoe wil je die cadeaus naar de fabriek zeulen?How will you lug the gifts to Mom's factory?
Je zeult jouw spullen al de hele week heen en weer naar mijn huis toe, dus dit het minste wat ik kan doen.Well, you've been lugging your stuff back and forth to my place all week, so, it's the least I could do.
Waarom komt het nu pas bij me op, nadat we dit ding door het park hebben gezeuld? We hadden magie kunnen gebruiken.Why does it occur to me only after we've lugged this thing across the park we could've used magic?

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

beulen
do
heulen
do
zeggen
say
zeiken
whine
zeilen
sail
zenden
leather
zengen
scorch
zetten
put
zeuren
whine
zoelen
do
zullen
shall
zwelen
do

Similar but longer

afzeulen
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'lug':

None found.