Wroegen (to do) conjugation

Dutch

Conjugation of wroegen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
wroeg
I do
wroegt
you do
wroegt
he/she/it does
wroegen
we do
wroegen
you all do
wroegen
they do
Present perfect tense
heb gewroegd
I have done
hebt gewroegd
you have done
heeft gewroegd
he/she/it has done
hebben gewroegd
we have done
hebben gewroegd
you all have done
hebben gewroegd
they have done
Past tense
wroegde
I did
wroegde
you did
wroegde
he/she/it did
wroegden
we did
wroegden
you all did
wroegden
they did
Future tense
zal wroegen
I will do
zult wroegen
you will do
zal wroegen
he/she/it will do
zullen wroegen
we will do
zullen wroegen
you all will do
zullen wroegen
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou wroegen
I would do
zou wroegen
you would do
zou wroegen
he/she/it would do
zouden wroegen
we would do
zouden wroegen
you all would do
zouden wroegen
they would do
Subjunctive mood
wroege
I do
wroege
you do
wroege
he/she/it do
wroege
we do
wroege
you all do
wroege
they do
Past perfect tense
had gewroegd
I had done
had gewroegd
you had done
had gewroegd
he/she/it had done
hadden gewroegd
we had done
hadden gewroegd
you all had done
hadden gewroegd
they had done
Future perf.
zal gewroegd hebben
I will have done
zal gewroegd hebben
you will have done
zal gewroegd hebben
he/she/it will have done
zullen gewroegd hebben
we will have done
zullen gewroegd hebben
you all will have done
zullen gewroegd hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gewroegd hebben
I would have done
zou gewroegd hebben
you would have done
zou gewroegd hebben
he/she/it would have done
zouden gewroegd hebben
we would have done
zouden gewroegd hebben
you all would have done
zouden gewroegd hebben
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
wroeg
do
wroegt
do

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

ploegen
plough
wringen
contort
wroeten
grub
wrokken
chafe
zwoegen
work hard

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

wegwaaien
blow away
wegwezen
piss off
welteren
welt honor
wikken
weigh
woekeren
rage
wriemelen
fidget
wrochten
do
wroetelen
do
zalven
anoint
zaniken
nag

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.
Learning languages?