Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Afspeuren (to scour) conjugation

Dutch
4 examples

Conjugation of afspeuren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
speur af
I scour
speurt af
you scour
speurt af
he/she/it scours
speuren af
we scour
speuren af
you all scour
speuren af
they scour
Present perfect tense
heb afgespeurd
I have scoured
hebt afgespeurd
you have scoured
heeft afgespeurd
he/she/it has scoured
hebben afgespeurd
we have scoured
hebben afgespeurd
you all have scoured
hebben afgespeurd
they have scoured
Past tense
speurde af
I scoured
speurde af
you scoured
speurde af
he/she/it scoured
speurden af
we scoured
speurden af
you all scoured
speurden af
they scoured
Future tense
zal afspeuren
I will scour
zult afspeuren
you will scour
zal afspeuren
he/she/it will scour
zullen afspeuren
we will scour
zullen afspeuren
you all will scour
zullen afspeuren
they will scour
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou afspeuren
I would scour
zou afspeuren
you would scour
zou afspeuren
he/she/it would scour
zouden afspeuren
we would scour
zouden afspeuren
you all would scour
zouden afspeuren
they would scour
Subjunctive mood
speure af
I scour
speure af
you scour
speure af
he/she/it scour
speure af
we scour
speure af
you all scour
speure af
they scour
Past perfect tense
had afgespeurd
I had scoured
had afgespeurd
you had scoured
had afgespeurd
he/she/it had scoured
hadden afgespeurd
we had scoured
hadden afgespeurd
you all had scoured
hadden afgespeurd
they had scoured
Future perf.
zal afgespeurd hebben
I will have scoured
zal afgespeurd hebben
you will have scoured
zal afgespeurd hebben
he/she/it will have scoured
zullen afgespeurd hebben
we will have scoured
zullen afgespeurd hebben
you all will have scoured
zullen afgespeurd hebben
they will have scoured
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou afgespeurd hebben
I would have scoured
zou afgespeurd hebben
you would have scoured
zou afgespeurd hebben
he/she/it would have scoured
zouden afgespeurd hebben
we would have scoured
zouden afgespeurd hebben
you all would have scoured
zouden afgespeurd hebben
they would have scoured
Present bijzin tense
afspeur
I scour
afspeurt
you scour
afspeurt
he/she/it scours
afspeuren
we scour
afspeuren
you all scour
afspeuren
they scour
Past bijzin tense
afspeurde
I scoured
afspeurde
you scoured
afspeurde
he/she/it scoured
afspeurden
we scoured
afspeurden
you all scoured
afspeurden
they scoured
Future bijzin tense
zal afspeuren
I will scour
zult afspeuren
you will scour
zal afspeuren
he/she/it will scour
zullen afspeuren
we will scour
zullen afspeuren
you all will scour
zullen afspeuren
they will scour
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou afspeuren
I would scour
zou afspeuren
you would scour
zou afspeuren
he/she/it would scour
zouden afspeuren
we would scour
zouden afspeuren
you all would scour
zouden afspeuren
they would scour
Subjunctive bijzin mood
afspeure
I scour
afspeure
you scour
afspeure
he/she/it scour
afspeure
we scour
afspeure
you all scour
afspeure
they scour
Du
Ihr
Imperative mood
speur af
scour
speurt af
scour

Examples of afspeuren

Example in DutchTranslation in English
Als we in Engeland waren en de vrouw van een collega was vermoord, een normale agent zou op de deuren bonzen, op zoek naar getuigen, het terrein afspeuren voor het kleinste bewijs tot we resultaat hadden.If we were in the UK and the wife of one of our own had been murdered, any normal copper would have men banging down doors, they'd be out looking for witnesses, scouring the landscape for any shred of evidence until we got a result.
Goeiemorgen en welkom bij Radar waar we elke zondag het land afspeuren op zoek naar opmerkelijke verhalen.Good morning and welcome to Radar where every Sunday we scour the country in search of amazing stories.
Ik zal de aarde afspeuren naar Sir Bonkers en ik vermoord ze allemaal.And until you agree to be my wife... I will scour the earth in search of cats named "Sir Bonkers"... and I will kill them all!
Ik heb het internet afgespeurd, maar kon er geen een vinden.I scoured the internet, and I couldn't find one.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

afschuren
abrade
afsleuren
do
afspelden
do
bespeuren
perceive
naspeuren
investigate
opspeuren
sleuth

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'scour':

None found.