Achterblijven (to lag) conjugation

Dutch
14 examples

Conjugation of achterblijven

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
blijf achter
I lag
blijft achter
you lag
blijft achter
he/she/it lags
blijven achter
we lag
blijven achter
you all lag
blijven achter
they lag
Present perfect tense
ben achtergebleven
I have lagged
bent achtergebleven
you have lagged
is achtergebleven
he/she/it has lagged
zijn achtergebleven
we have lagged
zijn achtergebleven
you all have lagged
zijn achtergebleven
they have lagged
Past tense
bleef achter
I lagged
bleef achter
you lagged
bleef achter
he/she/it lagged
bleven achter
we lagged
bleven achter
you all lagged
bleven achter
they lagged
Future tense
zal achterblijven
I will lag
zult achterblijven
you will lag
zal achterblijven
he/she/it will lag
zullen achterblijven
we will lag
zullen achterblijven
you all will lag
zullen achterblijven
they will lag
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou achterblijven
I would lag
zou achterblijven
you would lag
zou achterblijven
he/she/it would lag
zouden achterblijven
we would lag
zouden achterblijven
you all would lag
zouden achterblijven
they would lag
Subjunctive mood
blijve achter
I lag
blijve achter
you lag
blijve achter
he/she/it lag
blijve achter
we lag
blijve achter
you all lag
blijve achter
they lag
Past perfect tense
was achtergebleven
I had lagged
was achtergebleven
you had lagged
was achtergebleven
he/she/it had lagged
waren achtergebleven
we had lagged
waren achtergebleven
you all had lagged
waren achtergebleven
they had lagged
Future perf.
zal achtergebleven zijn
I will have lagged
zal achtergebleven zijn
you will have lagged
zal achtergebleven zijn
he/she/it will have lagged
zullen achtergebleven zijn
we will have lagged
zullen achtergebleven zijn
you all will have lagged
zullen achtergebleven zijn
they will have lagged
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou achtergebleven zijn
I would have lagged
zou achtergebleven zijn
you would have lagged
zou achtergebleven zijn
he/she/it would have lagged
zouden achtergebleven zijn
we would have lagged
zouden achtergebleven zijn
you all would have lagged
zouden achtergebleven zijn
they would have lagged
Present bijzin tense
achterblijf
I lag
achterblijft
you lag
achterblijft
he/she/it lags
achterblijven
we lag
achterblijven
you all lag
achterblijven
they lag
Past bijzin tense
achterbleef
I lagged
achterbleef
you lagged
achterbleef
he/she/it lagged
achterbleven
we lagged
achterbleven
you all lagged
achterbleven
they lagged
Future bijzin tense
zal achterblijven
I will lag
zult achterblijven
you will lag
zal achterblijven
he/she/it will lag
zullen achterblijven
we will lag
zullen achterblijven
you all will lag
zullen achterblijven
they will lag
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou achterblijven
I would lag
zou achterblijven
you would lag
zou achterblijven
he/she/it would lag
zouden achterblijven
we would lag
zouden achterblijven
you all would lag
zouden achterblijven
they would lag
Subjunctive bijzin mood
achterblijve
I lag
achterblijve
you lag
achterblijve
he/she/it lag
achterblijve
we lag
achterblijve
you all lag
achterblijve
they lag
Du
Ihr
Imperative mood
blijf achter
lag
blijft acht
lag

Examples of achterblijven

Example in DutchTranslation in English
- Ja en nee. Ze wilde niet achterblijven bij de anderen.She saw everybody else doing it, and she didn't want to lag behind.
Bij elkaar blijven, en niet achterblijven.All right, everybody, stay close. Don't lag behind. Keep together, everybody.
Het is tijd om naar huis te gaan. Moet je nu altijd achterblijven?Must you always lag behind?
Ik wil niet te ver achterblijven.l don't want to lag behind them.
Niet achterblijven !Don't lag behind!
Dale blijft achter... Omdat hij gewoon nog in de Freefall wil, op het laatste moment.Dale lags behind, 'cause he just has to ride the Freefall at the last minute.
En Engeland blijft achter met de vraag, wat als..And England is lagging behind the question, what if...
Onze wetenschap loopt voorop, onze ziel blijft achter.Our science charges ahead. Our souls lag behind.
Andere vrouwen blijven achter in ons dorp wanneer de mannen naar Engeland gaan, maar mijn moeder zei dat ze mijn vader teveel zou missen.~ No. Other women stay in our village, if the men have to come to England, but my mother said she would miss my father too much.
- Iemand bleef achter.~ Well, someone lagged.
Maar je bloedzak bleef achter.But your blood bag lagged on the downbeat.
Als je achterblijft, kan ik hem moeilijker opsporen.Every second you lag behind makes it that much harder for me to track this guy.
Als m'n borst achterblijft... ga ik er harder tegenaan. - Fascinerend.If my pecs are lagging I just hit it harder in the gym next time.
Elk visje dat achterblijft, kan worden verslonden.Fish out of step risk being picked off as they lag behind.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

aanspoeden
approach speedily
aanwentelen
do
aanzeilen
do
aanzwengelen
do
aarzelen
hesitate
accepteren
accept
achteraanzitten
rear seating
achtergaan
go back
achteromkijken
look back
achteruitraken
reverse hit

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'lag':

None found.
Learning languages?