Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Zuidelijken (to do) conjugation

Dutch
10 examples

Conjugation of zuidelijken

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
zuidelijk
I do
zuidelijkt
you do
zuidelijkt
he/she/it does
zuidelijken
we do
zuidelijken
you all do
zuidelijken
they do
Present perfect tense
ben gezuidelijkt
I have done
bent gezuidelijkt
you have done
is gezuidelijkt
he/she/it has done
zijn gezuidelijkt
we have done
zijn gezuidelijkt
you all have done
zijn gezuidelijkt
they have done
Past tense
zuidelijkte
I did
zuidelijkte
you did
zuidelijkte
he/she/it did
zuidelijkten
we did
zuidelijkten
you all did
zuidelijkten
they did
Future tense
zal zuidelijken
I will do
zult zuidelijken
you will do
zal zuidelijken
he/she/it will do
zullen zuidelijken
we will do
zullen zuidelijken
you all will do
zullen zuidelijken
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou zuidelijken
I would do
zou zuidelijken
you would do
zou zuidelijken
he/she/it would do
zouden zuidelijken
we would do
zouden zuidelijken
you all would do
zouden zuidelijken
they would do
Subjunctive mood
zuidelijke
I do
zuidelijke
you do
zuidelijke
he/she/it do
zuidelijke
we do
zuidelijke
you all do
zuidelijke
they do
Past perfect tense
was gezuidelijkt
I had done
was gezuidelijkt
you had done
was gezuidelijkt
he/she/it had done
waren gezuidelijkt
we had done
waren gezuidelijkt
you all had done
waren gezuidelijkt
they had done
Future perf.
zal gezuidelijkt zijn
I will have done
zal gezuidelijkt zijn
you will have done
zal gezuidelijkt zijn
he/she/it will have done
zullen gezuidelijkt zijn
we will have done
zullen gezuidelijkt zijn
you all will have done
zullen gezuidelijkt zijn
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gezuidelijkt zijn
I would have done
zou gezuidelijkt zijn
you would have done
zou gezuidelijkt zijn
he/she/it would have done
zouden gezuidelijkt zijn
we would have done
zouden gezuidelijkt zijn
you all would have done
zouden gezuidelijkt zijn
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
zuidelijk
do
zuidelijkt
do

Examples of zuidelijken

Example in DutchTranslation in English
15 Km zuidelijk van Calle Ocho.Ten miles south down Calle Ocho.
Als onze aannames juist zijn, zal heel zuidelijk Californië... getroffen worden door een vierde aardbeving... die gevolgen kan hebben voor de hele kust.If we are correct in our assumptions, then the entire Southern California area will be hit by a fourth, and potentially catastrophic earthquake that could have a domino effect on the entire coastline.
Dankzij dat goede geheugen stroomt het bloed zuidelijk.You know, thanks to that fine memory, the blood is starting to flow down south.
Dat mens heeft het prachtigste lichaam van zuidelijk Illinois.That woman has the most fantastic body in downstate Illinois.
De Aschen-delegatie wil graag weten hoe het was op het zuidelijk continent.Ambassador, the Aschen delegation is eager to hear... ..about your visit to our South Continent.
"Een vierachtig wolfachtig monster, sluipt door de Auvergne en de zuidelijke Dordogne van Frankrijk, tijdens het jaar 1764 tot 1767."A quadruped wolf-like monster, prowling the Auvergne and south Dordogne areas of France during the year 1764 to 1767.
- Ja, alle zuidelijke schuttersputjes klaar?Yeah. South foxhole all done?
- Niet echt zuidelijke gastvrijheid, maar het is goed genoeg voor nu. Je hebt me niet gebeld nadatNot exactly Southern hospitality, but it'll do for now.
Als dank geven we jullie de zuidelijke locatie.For your cooperation, we will give you the downstate location.
Als de skinheads het niet doen, doen de republikeinen het wel of de zuidelijke democraten.And if the Republicans don't, the southern Democrats will.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

wonen
live
zinken
sink
zinnen
please
zogen
suckle
zonnebaden
sunbathe
zuchten
sigh
zuigen
suck
zwabberen
mop
zwetsen
bluster
zwijgen
be quiet

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.