Uitflappen (to blurt out) conjugation

Dutch
4 examples

Conjugation of uitflappen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
flap uit
I blurt out
flapt uit
you blurt out
flapt uit
he/she/it blurts out
flappen uit
we blurt out
flappen uit
you all blurt out
flappen uit
they blurt out
Present perfect tense
heb uitgeflapt
I have blurted out
hebt uitgeflapt
you have blurted out
heeft uitgeflapt
he/she/it has blurted out
hebben uitgeflapt
we have blurted out
hebben uitgeflapt
you all have blurted out
hebben uitgeflapt
they have blurted out
Past tense
flapte uit
I blurted out
flapte uit
you blurted out
flapte uit
he/she/it blurted out
flapten uit
we blurted out
flapten uit
you all blurted out
flapten uit
they blurted out
Future tense
zal uitflappen
I will blurt out
zult uitflappen
you will blurt out
zal uitflappen
he/she/it will blurt out
zullen uitflappen
we will blurt out
zullen uitflappen
you all will blurt out
zullen uitflappen
they will blurt out
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou uitflappen
I would blurt out
zou uitflappen
you would blurt out
zou uitflappen
he/she/it would blurt out
zouden uitflappen
we would blurt out
zouden uitflappen
you all would blurt out
zouden uitflappen
they would blurt out
Subjunctive mood
flappe uit
I blurt out
flappe uit
you blurt out
flappe uit
he/she/it blurt out
flappe uit
we blurt out
flappe uit
you all blurt out
flappe uit
they blurt out
Past perfect tense
had uitgeflapt
I had blurted out
had uitgeflapt
you had blurted out
had uitgeflapt
he/she/it had blurted out
hadden uitgeflapt
we had blurted out
hadden uitgeflapt
you all had blurted out
hadden uitgeflapt
they had blurted out
Future perf.
zal uitgeflapt hebben
I will have blurted out
zal uitgeflapt hebben
you will have blurted out
zal uitgeflapt hebben
he/she/it will have blurted out
zullen uitgeflapt hebben
we will have blurted out
zullen uitgeflapt hebben
you all will have blurted out
zullen uitgeflapt hebben
they will have blurted out
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou uitgeflapt hebben
I would have blurted out
zou uitgeflapt hebben
you would have blurted out
zou uitgeflapt hebben
he/she/it would have blurted out
zouden uitgeflapt hebben
we would have blurted out
zouden uitgeflapt hebben
you all would have blurted out
zouden uitgeflapt hebben
they would have blurted out
Present bijzin tense
uitflap
I blurt out
uitflapt
you blurt out
uitflapt
he/she/it blurts out
uitflappen
we blurt out
uitflappen
you all blurt out
uitflappen
they blurt out
Past bijzin tense
uitflapte
I blurted out
uitflapte
you blurted out
uitflapte
he/she/it blurted out
uitflapten
we blurted out
uitflapten
you all blurted out
uitflapten
they blurted out
Future bijzin tense
zal uitflappen
I will blurt out
zult uitflappen
you will blurt out
zal uitflappen
he/she/it will blurt out
zullen uitflappen
we will blurt out
zullen uitflappen
you all will blurt out
zullen uitflappen
they will blurt out
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou uitflappen
I would blurt out
zou uitflappen
you would blurt out
zou uitflappen
he/she/it would blurt out
zouden uitflappen
we would blurt out
zouden uitflappen
you all would blurt out
zouden uitflappen
they would blurt out
Subjunctive bijzin mood
uitflappe
I blurt out
uitflappe
you blurt out
uitflappe
he/she/it blurt out
uitflappe
we blurt out
uitflappe
you all blurt out
uitflappe
they blurt out
Du
Ihr
Imperative mood
flap uit
blurt out
flapt uit
blurt out

Examples of uitflappen

Example in DutchTranslation in English
Maar toch zou ik willen weten hoe je dat er zo ineens kon uitflappen.You know, I'm still curious as to how you could blurt out something like that.
Ik wilde niet dat het er gewoon uitgeflapt werd.I didn't want it to just get blurted out.
Denk je dat ik alles er zomaar uitflap in de rechtszaal?I have to know. You think I'll just blurt out everything in court?
Soms, Archie, denk ik, dat je gewoon het eerste er uitflapt dat in je gedachten komt.Sometimes, Archie, I think all you do is blurt out the first thing that pops into your mind.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

uitfloepen
do
uitklappen
collapse
uitstappen
stamp
uittrappen
kick

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

tussenvoegen
insert
uitbloeien
cease blossoming
uiteenlopen
set lay
uiteenrukken
disrupt
uiteten
din out
uitfilteren
filter
uitfloepen
do
uithoesten
cough
uithozen
do
uitkafferen
scold

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'blurt out':

None found.
Learning languages?