Overreiken (to do) conjugation

Dutch
5 examples

Conjugation of overreiken

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
reik over
I do
reikt over
you do
reikt over
he/she/it does
reiken over
we do
reiken over
you all do
reiken over
they do
Present perfect tense
heb overgereikt
I have done
hebt overgereikt
you have done
heeft overgereikt
he/she/it has done
hebben overgereikt
we have done
hebben overgereikt
you all have done
hebben overgereikt
they have done
Past tense
reikte over
I did
reikte over
you did
reikte over
he/she/it did
reikten over
we did
reikten over
you all did
reikten over
they did
Future tense
zal overreiken
I will do
zult overreiken
you will do
zal overreiken
he/she/it will do
zullen overreiken
we will do
zullen overreiken
you all will do
zullen overreiken
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou overreiken
I would do
zou overreiken
you would do
zou overreiken
he/she/it would do
zouden overreiken
we would do
zouden overreiken
you all would do
zouden overreiken
they would do
Subjunctive mood
reike over
I do
reike over
you do
reike over
he/she/it do
reike over
we do
reike over
you all do
reike over
they do
Past perfect tense
had overgereikt
I had done
had overgereikt
you had done
had overgereikt
he/she/it had done
hadden overgereikt
we had done
hadden overgereikt
you all had done
hadden overgereikt
they had done
Future perf.
zal overgereikt hebben
I will have done
zal overgereikt hebben
you will have done
zal overgereikt hebben
he/she/it will have done
zullen overgereikt hebben
we will have done
zullen overgereikt hebben
you all will have done
zullen overgereikt hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou overgereikt hebben
I would have done
zou overgereikt hebben
you would have done
zou overgereikt hebben
he/she/it would have done
zouden overgereikt hebben
we would have done
zouden overgereikt hebben
you all would have done
zouden overgereikt hebben
they would have done
Present bijzin tense
overreik
I do
overreikt
you do
overreikt
he/she/it does
overreiken
we do
overreiken
you all do
overreiken
they do
Past bijzin tense
overreikte
I did
overreikte
you did
overreikte
he/she/it did
overreikten
we did
overreikten
you all did
overreikten
they did
Future bijzin tense
zal overreiken
I will do
zult overreiken
you will do
zal overreiken
he/she/it will do
zullen overreiken
we will do
zullen overreiken
you all will do
zullen overreiken
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou overreiken
I would do
zou overreiken
you would do
zou overreiken
he/she/it would do
zouden overreiken
we would do
zouden overreiken
you all would do
zouden overreiken
they would do
Subjunctive bijzin mood
overreike
I do
overreike
you do
overreike
he/she/it do
overreike
we do
overreike
you all do
overreike
they do
Du
Ihr
Imperative mood
reik over
do
reikt
do

Examples of overreiken

Example in DutchTranslation in English
- Ja? Mijn interesses reikt verder dan het Koninkrijk van Paard en Hond.Yes, my interests do extend beyond the realm of Horse and Hound.
- Tot waar reikt dit complot ?- How high does this conspiracy go?
Al het licht van het heden... reikt terug om de schaduw van het verleden te vernietigen.A light from the present... reaches back to illuminate that shadow.
Als het gerucht de ronde gaat en het reikt zover als Edo zal het, het einde betekenen van het Huis van Kuroda.If the rumor gets started and reaches as far as Edo, it will be the end of the House of Kuroda.
Als hij weer naar haar reikt, gebaseerd op de ingangswond... duwt ze de pen snel en met enorme kracht in zijn nek.As he reaches for her again -- based on the entry wound -- She thrusts the pen swiftly and with tremendous force.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.
Learning languages?