Overtroeven (to overtrump) conjugation

Dutch
1 examples

Conjugation of overtroeven

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
overtroef
I overtrump
overtroeft
you overtrump
overtroeft
he/she/it overtrumps
overtroeven
we overtrump
overtroeven
you all overtrump
overtroeven
they overtrump
Present perfect tense
heb overtroefd
I have overtrumped
hebt overtroefd
you have overtrumped
heeft overtroefd
he/she/it has overtrumped
hebben overtroefd
we have overtrumped
hebben overtroefd
you all have overtrumped
hebben overtroefd
they have overtrumped
Past tense
overtroefde
I overtrumped
overtroefde
you overtrumped
overtroefde
he/she/it overtrumped
overtroefden
we overtrumped
overtroefden
you all overtrumped
overtroefden
they overtrumped
Future tense
zal overtroeven
I will overtrump
zult overtroeven
you will overtrump
zal overtroeven
he/she/it will overtrump
zullen overtroeven
we will overtrump
zullen overtroeven
you all will overtrump
zullen overtroeven
they will overtrump
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou overtroeven
I would overtrump
zou overtroeven
you would overtrump
zou overtroeven
he/she/it would overtrump
zouden overtroeven
we would overtrump
zouden overtroeven
you all would overtrump
zouden overtroeven
they would overtrump
Subjunctive mood
overtroeve
I overtrump
overtroeve
you overtrump
overtroeve
he/she/it overtrump
overtroeve
we overtrump
overtroeve
you all overtrump
overtroeve
they overtrump
Past perfect tense
had overtroefd
I had overtrumped
had overtroefd
you had overtrumped
had overtroefd
he/she/it had overtrumped
hadden overtroefd
we had overtrumped
hadden overtroefd
you all had overtrumped
hadden overtroefd
they had overtrumped
Future perf.
zal overtroefd hebben
I will have overtrumped
zal overtroefd hebben
you will have overtrumped
zal overtroefd hebben
he/she/it will have overtrumped
zullen overtroefd hebben
we will have overtrumped
zullen overtroefd hebben
you all will have overtrumped
zullen overtroefd hebben
they will have overtrumped
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou overtroefd hebben
I would have overtrumped
zou overtroefd hebben
you would have overtrumped
zou overtroefd hebben
he/she/it would have overtrumped
zouden overtroefd hebben
we would have overtrumped
zouden overtroefd hebben
you all would have overtrumped
zouden overtroefd hebben
they would have overtrumped
Du
Ihr
Imperative mood
overtroef
overtrump
overtroeft
overtrump

Examples of overtroeven

Example in DutchTranslation in English
- Je overtroeft me ?Oh, you overtrumped?

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

overtrouwen
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

overhoophalen
do
overmeesteren
overpower
overreiken
do
overschrijden
exceed
overspannen
do
overstaan
front
overtreffen
exceed
overtrekken
trace
overtrouwen
do
paletten
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'overtrump':

None found.
Learning languages?