Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Overjagen (to do) conjugation

Dutch
5 examples
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
jaag over
jaagt over
jaagt over
jagen over
jagen over
jagen over
Present perfect tense
heb overgejaagd
hebt overgejaagd
heeft overgejaagd
hebben overgejaagd
hebben overgejaagd
hebben overgejaagd
Past tense
jaagde over;joeg over
jaagde over;joeg over
jaagde over;joeg over
jaagden over;joegen over
jaagden over;joegen over
jaagden over;joegen over
Future tense
zal overjagen
zult overjagen
zal overjagen
zullen overjagen
zullen overjagen
zullen overjagen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou overjagen
zou overjagen
zou overjagen
zouden overjagen
zouden overjagen
zouden overjagen
Subjunctive mood
jage over
jage over
jage over
jage over
jage over
jage over
Past perfect tense
had overgejaagd
had overgejaagd
had overgejaagd
hadden overgejaagd
hadden overgejaagd
hadden overgejaagd
Future perf.
zal overgejaagd hebben
zal overgejaagd hebben
zal overgejaagd hebben
zullen overgejaagd hebben
zullen overgejaagd hebben
zullen overgejaagd hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou overgejaagd hebben
zou overgejaagd hebben
zou overgejaagd hebben
zouden overgejaagd hebben
zouden overgejaagd hebben
zouden overgejaagd hebben
Present bijzin tense
overjaag
overjaagt
overjaagt
overjagen
overjagen
overjagen
Past bijzin tense
overjaagde;overjoeg
overjaagde;overjoeg
overjaagde;overjoeg
overjaagden;overjoegen
overjaagden;overjoegen
overjaagden;overjoegen
Future bijzin tense
zal overjagen
zult overjagen
zal overjagen
zullen overjagen
zullen overjagen
zullen overjagen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou overjagen
zou overjagen
zou overjagen
zouden overjagen
zouden overjagen
zouden overjagen
Subjunctive bijzin mood
overjage
overjage
overjage
overjage
overjage
overjage
Du
Ihr
Imperative mood
jaag over
jaagt

Examples of overjagen

Example in DutchTranslation in English
"Ik weet het niet" jaagt jou meestal stuipen op 't lijf."I don't know"-- That usually scares the crap out of you.
'Honger jaagt de wolven...' Je weet niet eens wat je zegt."Hunger is a terrible..." You don't really understand any of it
- Er is een man die drie dingen doet: Hij slaapt, eet en jaagt. Hij kiest wat hij doet... op basis van het seizoen, de tijd van de dag en het weer.There's a guy, he does three things- he sleeps, he eats, and he hunts- and he chooses which one of those three things to do based on the season, the time of day, and the weather.
- Gezegd wordt dat hij kinderen observeert... vanachter zijn raam, op hen jaagt, hen fileert, hen opeet.Supposedly, he watches the kids from his window... Hunts 'em, Skins 'em,
- Hij jaagt niet.He doesn't hunt.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

overwegen
consider

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.