Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Weiden (to feed) conjugation

Dutch
5 examples

Conjugation of weiden

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
weid
I feed
weidt
you feed
weidt
he/she/it feeds
weiden
we feed
weiden
you all feed
weiden
they feed
Present perfect tense
heb geweid
I have fed
hebt geweid
you have fed
heeft geweid
he/she/it has fed
hebben geweid
we have fed
hebben geweid
you all have fed
hebben geweid
they have fed
Past tense
weidde
I fed
weidde
you fed
weidde
he/she/it fed
weidden
we fed
weidden
you all fed
weidden
they fed
Future tense
zal weiden
I will feed
zult weiden
you will feed
zal weiden
he/she/it will feed
zullen weiden
we will feed
zullen weiden
you all will feed
zullen weiden
they will feed
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou weiden
I would feed
zou weiden
you would feed
zou weiden
he/she/it would feed
zouden weiden
we would feed
zouden weiden
you all would feed
zouden weiden
they would feed
Subjunctive mood
weide
I feed
weide
you feed
weide
he/she/it feed
weide
we feed
weide
you all feed
weide
they feed
Past perfect tense
had geweid
I had fed
had geweid
you had fed
had geweid
he/she/it had fed
hadden geweid
we had fed
hadden geweid
you all had fed
hadden geweid
they had fed
Future perf.
zal geweid hebben
I will have fed
zal geweid hebben
you will have fed
zal geweid hebben
he/she/it will have fed
zullen geweid hebben
we will have fed
zullen geweid hebben
you all will have fed
zullen geweid hebben
they will have fed
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geweid hebben
I would have fed
zou geweid hebben
you would have fed
zou geweid hebben
he/she/it would have fed
zouden geweid hebben
we would have fed
zouden geweid hebben
you all would have fed
zouden geweid hebben
they would have fed
Du
Ihr
Imperative mood
weid
feed
weidt
feed

Examples of weiden

Example in DutchTranslation in English
Hij laat mij rusten in groene weiden en voert mij naar vredig water.He feedeth me in green pastures, he leadeth me to fresh waters.
We kunnen onze koeien niet weiden.We can't feed our cows.
"Van mijn geliefde ben ik, en van mij is mijn geliefde," "die temidden der leliën weidt."I am my beloved and my beloved is mine he feedeth among the lilies
De Heer is mijn Herder, daarom zal het mij aan niets ontbreken, hij zal mij voeden in een groene weide, en verder leiden langs de wateren van troost...The lord is my Shepherd, therefore can I lack nothing. He shall feed me in a green pasture and lead me forth beside the waters of comfort...
Uw borsten zijn als gazelles, weidend tussen de lelies.Thy two breasts are like forns feeding among the lilies.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

beiden
do
duiden
interpret
leiden
lead
luiden
ring
wecken
do
wedden
wager
weiven
do
wekken
wake
welken
do
wellen
soak
welven
be succesful
wenden
turn about
wenken
beckon
wennen
get used
wensen
desire

Similar but longer

afweiden
eat that
beweiden
do
omweiden
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'feed':

None found.