Uitstaan (to outstand) conjugation

Dutch
11 examples

Conjugation of uitstaan

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
sta uit
I outstand
staat uit
you outstand
staat uit
he/she/it outstands
staan uit
we outstand
staan uit
you all outstand
staan uit
they outstand
Present perfect tense
heb uitgestaan
I have outstood
hebt uitgestaan
you have outstood
heeft uitgestaan
he/she/it has outstood
hebben uitgestaan
we have outstood
hebben uitgestaan
you all have outstood
hebben uitgestaan
they have outstood
Past tense
stond uit
I outstood
stond uit
you outstood
stond uit
he/she/it outstood
stonden uit
we outstood
stonden uit
you all outstood
stonden uit
they outstood
Future tense
zal uitstaan
I will outstand
zult uitstaan
you will outstand
zal uitstaan
he/she/it will outstand
zullen uitstaan
we will outstand
zullen uitstaan
you all will outstand
zullen uitstaan
they will outstand
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou uitstaan
I would outstand
zou uitstaan
you would outstand
zou uitstaan
he/she/it would outstand
zouden uitstaan
we would outstand
zouden uitstaan
you all would outstand
zouden uitstaan
they would outstand
Subjunctive mood
sta uit
I outstand
sta uit
you outstand
sta uit
he/she/it outstand
sta uit
we outstand
sta uit
you all outstand
sta uit
they outstand
Past perfect tense
had uitgestaan
I had outstood
had uitgestaan
you had outstood
had uitgestaan
he/she/it had outstood
hadden uitgestaan
we had outstood
hadden uitgestaan
you all had outstood
hadden uitgestaan
they had outstood
Future perf.
zal uitgestaan hebben
I will have outstood
zal uitgestaan hebben
you will have outstood
zal uitgestaan hebben
he/she/it will have outstood
zullen uitgestaan hebben
we will have outstood
zullen uitgestaan hebben
you all will have outstood
zullen uitgestaan hebben
they will have outstood
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou uitgestaan hebben
I would have outstood
zou uitgestaan hebben
you would have outstood
zou uitgestaan hebben
he/she/it would have outstood
zouden uitgestaan hebben
we would have outstood
zouden uitgestaan hebben
you all would have outstood
zouden uitgestaan hebben
they would have outstood
Present bijzin tense
uitsta
I outstand
uitstaat
you outstand
uitstaat
he/she/it outstands
uitstaan
we outstand
uitstaan
you all outstand
uitstaan
they outstand
Past bijzin tense
uitstond
I outstood
uitstond
you outstood
uitstond
he/she/it outstood
uitstonden
we outstood
uitstonden
you all outstood
uitstonden
they outstood
Future bijzin tense
zal uitstaan
I will outstand
zult uitstaan
you will outstand
zal uitstaan
he/she/it will outstand
zullen uitstaan
we will outstand
zullen uitstaan
you all will outstand
zullen uitstaan
they will outstand
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou uitstaan
I would outstand
zou uitstaan
you would outstand
zou uitstaan
he/she/it would outstand
zouden uitstaan
we would outstand
zouden uitstaan
you all would outstand
zouden uitstaan
they would outstand
Subjunctive bijzin mood
uitsta
I outstand
uitsta
you outstand
uitsta
he/she/it outstand
uitsta
we outstand
uitsta
you all outstand
uitsta
they outstand
Du
Ihr
Imperative mood
sta uit
outstand
staat uit
outstand

Examples of uitstaan

Example in DutchTranslation in English
Ben Rumson, je hebt nog 'n rekening van $68 uitstaan uit Yuba City, waar je 'm gepeerd bent.Ben Rumson, you have an outstanding account in the amount of $68 from Yuba City, and which you skipped town on me.
Daar heb ik niks uitstaan.- I've got nothing outstanding in Oregon.
En Ava Moore heeft een bedrag uitstaan bij Hermes in Vienna, Virginia.She has an outstanding balance at the Hermes store in Vienna, Virginia.
Hebben jullie nog bewijs uitstaan?You guys got any evidence outstanding?
Hij heeft aanhoudingsbevelen uitstaan voor aanranding en bedreiging.He's got outstanding warrants for felony assault and menacing.
Ik heb haar verteld dat er nog een nota uitstaat.I told her she had a bill outstanding.
- Er is een uitstaand arrestatiebevel.- Interpol shows an outstanding warrant.
Er is een uitstaand bevel voor 't niet opdagen bij 't kinderbijdrage verhoor in New York 2 weken geleden.You have an outstanding warrant for failing to appear at a child-support hearing in new York two weeks ago.
Er is nog een uitstaand arrestatiebevel voor je.There's an outstanding warrant for your arrest. - What?
Helaas is er ook een uitstaand saldo te voldoen...Unfortunately there is also an outstanding balance to clear...
Hoe zit het met ons uitstaand probleem?What about our outstanding problem?

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

ontstaan
come into being
uitslaan
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'outstand':

None found.
Learning languages?