Ontvlammen (to inflame) conjugation

Dutch
11 examples

Conjugation of ontvlammen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
ontvlam
I inflame
ontvlamt
you inflame
ontvlamt
he/she/it inflames
ontvlammen
we inflame
ontvlammen
you all inflame
ontvlammen
they inflame
Present perfect tense
heb ontvlamd
I have inflamed
hebt ontvlamd
you have inflamed
heeft ontvlamd
he/she/it has inflamed
hebben ontvlamd
we have inflamed
hebben ontvlamd
you all have inflamed
hebben ontvlamd
they have inflamed
Past tense
ontvlamde
I inflamed
ontvlamde
you inflamed
ontvlamde
he/she/it inflamed
ontvlamden
we inflamed
ontvlamden
you all inflamed
ontvlamden
they inflamed
Future tense
zal ontvlammen
I will inflame
zult ontvlammen
you will inflame
zal ontvlammen
he/she/it will inflame
zullen ontvlammen
we will inflame
zullen ontvlammen
you all will inflame
zullen ontvlammen
they will inflame
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou ontvlammen
I would inflame
zou ontvlammen
you would inflame
zou ontvlammen
he/she/it would inflame
zouden ontvlammen
we would inflame
zouden ontvlammen
you all would inflame
zouden ontvlammen
they would inflame
Subjunctive mood
ontvlamme
I inflame
ontvlamme
you inflame
ontvlamme
he/she/it inflame
ontvlamme
we inflame
ontvlamme
you all inflame
ontvlamme
they inflame
Past perfect tense
had ontvlamd
I had inflamed
had ontvlamd
you had inflamed
had ontvlamd
he/she/it had inflamed
hadden ontvlamd
we had inflamed
hadden ontvlamd
you all had inflamed
hadden ontvlamd
they had inflamed
Future perf.
zal ontvlamd hebben
I will have inflamed
zal ontvlamd hebben
you will have inflamed
zal ontvlamd hebben
he/she/it will have inflamed
zullen ontvlamd hebben
we will have inflamed
zullen ontvlamd hebben
you all will have inflamed
zullen ontvlamd hebben
they will have inflamed
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou ontvlamd hebben
I would have inflamed
zou ontvlamd hebben
you would have inflamed
zou ontvlamd hebben
he/she/it would have inflamed
zouden ontvlamd hebben
we would have inflamed
zouden ontvlamd hebben
you all would have inflamed
zouden ontvlamd hebben
they would have inflamed
Du
Ihr
Imperative mood
ontvlam
inflame
ontvlamt
inflame

Examples of ontvlammen

Example in DutchTranslation in English
En de prijs om je zo te zien ontvlammen?And the price to see you so inflamed?
Hun heidense gewoontes doen de laagste instincten van de mensen ontvlammen.Their heathen ways inflame the people's lowest instincts.
Is de man uit Pawtucket het er mee eens om het artikel niet te draaien... over de dode en vermiste jongens... en dat het onnodig is, om het publiek te laten ontvlammen... en hoogstwaarschijnlijk de dader te tippen, waardoor hij de stad verlaat... nooit wordt gevangen of veroordeeld.Does the man from Pawtucket agree not to run the article on the dead and missing boys, being that it needlessly inflames the public and most likely tips off the perpetrator, causing him to skip town, never to be caught or convicted;
Je verbeelding zal ontvlammen, maar ook je frustratie omdat je niet weet, alleen maar kunt raden, wat er mogelijk in kan zitten.Your imagination will inflame, but so will your frustration, never knowing, only guessing what could possibly be inside that box?
Je zal niet ontvlammen als je de confrontatie niet aangaat.You only inflame violent emotional confrontations by putting them off.
Als je hem nu vermoordt, gezien de stemming van de menigte... ontvlamt de situatie zo... dat het een radicale verandering in regime geeft.If you were to kill him now, given the public mood it could inflame the situation so as to cause a radical regime change.
Deze plaats "ontvlamt" me.This place inflames me.
Jouw intelligentie ontvlamt mij.Your intelligence inflames me.
Spartacus ontvlamt haar voorbij enig reden.Spartacus inflames her beyond reason.
Water ontvlamt het alleen.Water only inflames it.
Ik ben 't ontvlamde besef van verwerping van Jack.I am Jack's inflamed sense of rejection.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

ontschorsen
decorticate
ontsparen
do
ontsporen
be derailed
ontstijgen
transcend
ontstrikken
do
ontvangen
receive
ontvetten
do
ontvlechten
unbundle
ontvlekken
despeckle
ontzinnen
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'inflame':

None found.
Learning languages?