Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Monopoliseren (to do) conjugation

Dutch
1 examples

Conjugation of monopoliseren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
monopoliseer
I do
monopoliseert
you do
monopoliseert
he/she/it does
monopoliseren
we do
monopoliseren
you all do
monopoliseren
they do
Present perfect tense
heb gemonopoliseerd
I have done
hebt gemonopoliseerd
you have done
heeft gemonopoliseerd
he/she/it has done
hebben gemonopoliseerd
we have done
hebben gemonopoliseerd
you all have done
hebben gemonopoliseerd
they have done
Past tense
monopoliseerde
I did
monopoliseerde
you did
monopoliseerde
he/she/it did
monopoliseerden
we did
monopoliseerden
you all did
monopoliseerden
they did
Future tense
zal monopoliseren
I will do
zult monopoliseren
you will do
zal monopoliseren
he/she/it will do
zullen monopoliseren
we will do
zullen monopoliseren
you all will do
zullen monopoliseren
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou monopoliseren
I would do
zou monopoliseren
you would do
zou monopoliseren
he/she/it would do
zouden monopoliseren
we would do
zouden monopoliseren
you all would do
zouden monopoliseren
they would do
Subjunctive mood
monopolisere
I do
monopolisere
you do
monopolisere
he/she/it do
monopolisere
we do
monopolisere
you all do
monopolisere
they do
Past perfect tense
had gemonopoliseerd
I had done
had gemonopoliseerd
you had done
had gemonopoliseerd
he/she/it had done
hadden gemonopoliseerd
we had done
hadden gemonopoliseerd
you all had done
hadden gemonopoliseerd
they had done
Future perf.
zal gemonopoliseerd hebben
I will have done
zal gemonopoliseerd hebben
you will have done
zal gemonopoliseerd hebben
he/she/it will have done
zullen gemonopoliseerd hebben
we will have done
zullen gemonopoliseerd hebben
you all will have done
zullen gemonopoliseerd hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gemonopoliseerd hebben
I would have done
zou gemonopoliseerd hebben
you would have done
zou gemonopoliseerd hebben
he/she/it would have done
zouden gemonopoliseerd hebben
we would have done
zouden gemonopoliseerd hebben
you all would have done
zouden gemonopoliseerd hebben
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
monopoliseer
do
monopoliseert
do

Examples of monopoliseren

Example in DutchTranslation in English
Als we gezichts- en stemherkenning gaan doen van iedere Al Qaeda verdachte, denk ik dat we het systeem moeten monopoliseren.Well, if we're going to do face and voice recognition of every Al Qaeda suspect, I think I'll need to monopolise the system.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.