Leuren (to peddle) conjugation

Dutch
8 examples

Conjugation of leuren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
leur
I peddle
leurt
you peddle
leurt
he/she/it peddles
leuren
we peddle
leuren
you all peddle
leuren
they peddle
Present perfect tense
heb geleurd
I have peddled
hebt geleurd
you have peddled
heeft geleurd
he/she/it has peddled
hebben geleurd
we have peddled
hebben geleurd
you all have peddled
hebben geleurd
they have peddled
Past tense
leurde
I peddled
leurde
you peddled
leurde
he/she/it peddled
leurden
we peddled
leurden
you all peddled
leurden
they peddled
Future tense
zal leuren
I will peddle
zult leuren
you will peddle
zal leuren
he/she/it will peddle
zullen leuren
we will peddle
zullen leuren
you all will peddle
zullen leuren
they will peddle
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou leuren
I would peddle
zou leuren
you would peddle
zou leuren
he/she/it would peddle
zouden leuren
we would peddle
zouden leuren
you all would peddle
zouden leuren
they would peddle
Subjunctive mood
leure
I peddle
leure
you peddle
leure
he/she/it peddle
leure
we peddle
leure
you all peddle
leure
they peddle
Past perfect tense
had geleurd
I had peddled
had geleurd
you had peddled
had geleurd
he/she/it had peddled
hadden geleurd
we had peddled
hadden geleurd
you all had peddled
hadden geleurd
they had peddled
Future perf.
zal geleurd hebben
I will have peddled
zal geleurd hebben
you will have peddled
zal geleurd hebben
he/she/it will have peddled
zullen geleurd hebben
we will have peddled
zullen geleurd hebben
you all will have peddled
zullen geleurd hebben
they will have peddled
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geleurd hebben
I would have peddled
zou geleurd hebben
you would have peddled
zou geleurd hebben
he/she/it would have peddled
zouden geleurd hebben
we would have peddled
zouden geleurd hebben
you all would have peddled
zouden geleurd hebben
they would have peddled
Du
Ihr
Imperative mood
leur
peddle
leurt
peddle

Examples of leuren

Example in DutchTranslation in English
En met de lading stenen kunnen we niet gaan leuren.I'm out 30 grand. We got a load of rocks we can't even peddle.
George, je weet dat er een stadverordening is die zegt dat je niet met goederen mag leuren na 21:00 uur.Now, George, you know there's a city ordinance that says you can't peddle goods after 9:00.
Het feit dat je loopt te leuren met chocolade repen om je hypotheek te betalen.The fact that you peddle Yummy Bars to pay the mortgage.
Je ga ervan uit dat er iets is waar er niets is, ja gaat ervan uit dat je een leven hebt, terwijl het in feite is, dat je gewoon loopt te leuren met stukken van het leven van andere mensenYou assume there's something where there's nothing. You assume that you have a life... when, infact,you peddle pieces of other people's lives... and the broken parts of your own.
Hé, leur ergens anders met je waar.Hey, peddle your goods elsewhere.
Als je met gouden eendeneieren leurt, ga je 't gekkenhuis in.You try to peddle gold duck eggs, they'll lock you up in the nut farm.
Je leurt ermee.You peddle in it.
Jij leurt met dieetpillen op een kanker-afdeling.You peddle diet pills in a cancer ward.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

beuren
lever
geuren
do
gluren
peep
keuren
inspect
leasen
lease
leggen
put
leiden
lead
lekken
leak
lellen
do
lengen
lengthen
lensen
do
lenzen
empty
leppen
sip
lernen
do
lessen
quench

Similar but longer

fleuren
brighten
kleuren
colour
labeuren
do
leuteren
dawdle
pleuren
do
sleuren
drag

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'peddle':

None found.
Learning languages?