Cooljugator Logo Get a Dutch Tutor

grauwen

to snarl

Need help with grauwen or Dutch? Get a professional tutor! Find a tutor →
Wanna learn by yourself instead? Study with our courses! Get a full course →

Conjugation of grauwen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
grauw
grauwt
grauwt
grauwen
grauwen
grauwen
Present perfect tense
heb gegrauwd
hebt gegrauwd
heeft gegrauwd
hebben gegrauwd
hebben gegrauwd
hebben gegrauwd
Past tense
grauwde
grauwde
grauwde
grauwden
grauwden
grauwden
Future tense
zal grauwen
zult grauwen
zal grauwen
zullen grauwen
zullen grauwen
zullen grauwen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou grauwen
zou grauwen
zou grauwen
zouden grauwen
zouden grauwen
zouden grauwen
Subjunctive mood
grauwe
grauwe
grauwe
grauwe
grauwe
grauwe
Past perfect tense
had gegrauwd
had gegrauwd
had gegrauwd
hadden gegrauwd
hadden gegrauwd
hadden gegrauwd
Future perf.
zal gegrauwd hebben
zal gegrauwd hebben
zal gegrauwd hebben
zullen gegrauwd hebben
zullen gegrauwd hebben
zullen gegrauwd hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gegrauwd hebben
zou gegrauwd hebben
zou gegrauwd hebben
zouden gegrauwd hebben
zouden gegrauwd hebben
zouden gegrauwd hebben
Du
Ihr
Imperative mood
grauw
grauwt
Practice these conjugations with a Dutch tutor - first lesson 50% off!

If you have questions about the conjugation of grauwen or Dutch in general, you can practice and get feedback from a professional tutor.

Examples of grauwen

Jullie grauwen en snauwen tegen elkaar als twee gewonde dieren.

You snarl and growl at each other like two wounded animals.