Benen (to bone) conjugation

Dutch
12 examples

Conjugation of benen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
been
I bone
beent
you bone
beent
he/she/it bones
benen
we bone
benen
you all bone
benen
they bone
Present perfect tense
ben gebeend
I have boned
bent gebeend
you have boned
is gebeend
he/she/it has boned
zijn gebeend
we have boned
zijn gebeend
you all have boned
zijn gebeend
they have boned
Past tense
beende
I boned
beende
you boned
beende
he/she/it boned
beenden
we boned
beenden
you all boned
beenden
they boned
Future tense
zal benen
I will bone
zult benen
you will bone
zal benen
he/she/it will bone
zullen benen
we will bone
zullen benen
you all will bone
zullen benen
they will bone
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou benen
I would bone
zou benen
you would bone
zou benen
he/she/it would bone
zouden benen
we would bone
zouden benen
you all would bone
zouden benen
they would bone
Subjunctive mood
bene
I bone
bene
you bone
bene
he/she/it bone
bene
we bone
bene
you all bone
bene
they bone
Past perfect tense
was gebeend
I had boned
was gebeend
you had boned
was gebeend
he/she/it had boned
waren gebeend
we had boned
waren gebeend
you all had boned
waren gebeend
they had boned
Future perf.
zal gebeend zijn
I will have boned
zal gebeend zijn
you will have boned
zal gebeend zijn
he/she/it will have boned
zullen gebeend zijn
we will have boned
zullen gebeend zijn
you all will have boned
zullen gebeend zijn
they will have boned
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gebeend zijn
I would have boned
zou gebeend zijn
you would have boned
zou gebeend zijn
he/she/it would have boned
zouden gebeend zijn
we would have boned
zouden gebeend zijn
you all would have boned
zouden gebeend zijn
they would have boned
Du
Ihr
Imperative mood
been
bone
beent
bone

Examples of benen

Example in DutchTranslation in English
$30 voor deze hoop benen.$30 for this bag of bones!
- 2 benen en z'n sleutelbeen gebroken.He broke both his legs and his collarbone, but he's stable.
Alhoewel hij prachtige lang benen heeft.Although he does have exquisite long bones.
Als hij niet de beste strafpleiter van het land wordt, breek ik z'n benen.He'll wind up the best criminal attorney in this country or I'll break every bone in his body.
Andere botten bevestigden dat Lucy, net als wij, op twee benen liep.Other bones confirm that Lucy walked on two legs like us.
"Het been nam.""took the bone."
"Van de botjes van je been naar het botje van je knie""The leg bone's connected to the knee bone."
"Van de botjes van je voet naar de botjes van je been""The foot bone's connected to the leg bone."
'Het witte been was nu zichtbaar tussen het vlees van haar vingertoppen... terwijl Emily als een bezetene naar de houten kist klauwde.' 'Een wanhopig, verdrinkend dier.'The gossamer white of bone was now visible beneath the tattered meat of her fingertips, as Emily clawed madly at the wooden slats of her coffin, a desperate, drowning animal.
- Het ging door merg en been.Jump in. - ♪ You cut me to the bone
Dat verdomde ding beent ze zelfs uit, wat perfect is voor de haastige, luie klant van vandaag.The cursed thing even debones 'em, which is perfect for today's fast-paced, lazy consumer.
Hé, over een diep dal gesproken, Ze beenden je uit in de Begley zaak.Hey, speaking of rough patches, you got totally boned on the Begley thing.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

baden
bathe
balen
do
banen
work way through
baren
bear
basen
do
baten
avail
bazen
do
beren
do
beven
tremble
bogen
do
bomen
chat
boren
drill
boten
do
buien
do
buren
do

Similar but longer

afbenen
do
bakenen
delimit
bekanen
do
belenen
pawn
belonen
reward
benemen
take away
bensjen
bentsh
betonen
emphasize
beunen
do
bewenen
mourn
bewonen
inhabit
boenen
scrub

Random

bekuipen
do
bekwamen
capacitate
bemannen
man
bemantelen
cloak
bemuren
do
benemen
take away
benevelen
mist
bepalen
determine
beplaten
use boards
bepleiten
plaster

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'bone':

None found.
Learning languages?