Slikken (to swallow) conjugation

Dutch
28 examples

Conjugation of slikken

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
slik
I swallow
slikt
you swallow
slikt
he/she/it swallows
slikken
we swallow
slikken
you all swallow
slikken
they swallow
Present perfect tense
heb geslikt
I have swallowed
hebt geslikt
you have swallowed
heeft geslikt
he/she/it has swallowed
hebben geslikt
we have swallowed
hebben geslikt
you all have swallowed
hebben geslikt
they have swallowed
Past tense
slikte
I swallowed
slikte
you swallowed
slikte
he/she/it swallowed
slikten
we swallowed
slikten
you all swallowed
slikten
they swallowed
Future tense
zal slikken
I will swallow
zult slikken
you will swallow
zal slikken
he/she/it will swallow
zullen slikken
we will swallow
zullen slikken
you all will swallow
zullen slikken
they will swallow
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou slikken
I would swallow
zou slikken
you would swallow
zou slikken
he/she/it would swallow
zouden slikken
we would swallow
zouden slikken
you all would swallow
zouden slikken
they would swallow
Subjunctive mood
slikke
I swallow
slikke
you swallow
slikke
he/she/it swallow
slikke
we swallow
slikke
you all swallow
slikke
they swallow
Past perfect tense
had geslikt
I had swallowed
had geslikt
you had swallowed
had geslikt
he/she/it had swallowed
hadden geslikt
we had swallowed
hadden geslikt
you all had swallowed
hadden geslikt
they had swallowed
Future perf.
zal geslikt hebben
I will have swallowed
zal geslikt hebben
you will have swallowed
zal geslikt hebben
he/she/it will have swallowed
zullen geslikt hebben
we will have swallowed
zullen geslikt hebben
you all will have swallowed
zullen geslikt hebben
they will have swallowed
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geslikt hebben
I would have swallowed
zou geslikt hebben
you would have swallowed
zou geslikt hebben
he/she/it would have swallowed
zouden geslikt hebben
we would have swallowed
zouden geslikt hebben
you all would have swallowed
zouden geslikt hebben
they would have swallowed
Du
Ihr
Imperative mood
slik
swallow
slikt
swallow

Examples of slikken

Example in DutchTranslation in English
"De demon zal de adem van anderen te slikken.""The demon will swallow the breath of others."
"haar te overspoelen, haar geheel door te slikken.""To engulf her, to swallow her whole."
'Het is tenminste voorbij. Geen pijn meer.' 'Geen pillen meer slikken om de pijn proberen te verdrijven.'"at least it's over"... no more pain, no more swallowing a bunch of pills, trying to make it stop, no more crying on my couch watching those stupid, cheesy cooking shows, thinking about food I'd never make.
- C. W. je probeerde de sleutel van de kluis in Grand Central Station in te slikken... waar we de gestolen goederen vonden.- C.W., you tried to swallow the key to the locker at Grand Central Station... where we found the stolen goods.
- Het is moeilijk slikken.- It's kind of hard to swallow.
- Hij is gezond en ik slik het niet in.It's fine. He's healthy, and I don't swallow.
- Hmm? Op een gegeven moment slik je gewoon je eigen tong in en sterf je als een vis.Lester, eventually, you just swallow your tongue and you die like a fish.
- Hoe slik je zoiets?How do you swallow that?
- Ik ook... en ik draai hem van binnen op slot en slik de sleutel door.- Well, I'm closin' the door for me... and I'm lockin' myself inside, and I'm swallowing' the key!
- Ik slik 't niet door.- I don't swallow it.
"Knippert te veel," "slikt te luid,"And you get in my head about it. Uh, "blinks too much," "swallows too loud,"
- Het leger 'slikt'.- Navy sucks. - Army swallows.
- Maar die slikt hij niet.He won't swallow it. Not Steve.
- U slikt een scheermes in.- You swallowed a razor blade.
- en je slikt het.- and you swallow it.
- Dat spul dat je geslikt hebt... is moeilijk te krijgen.- What do you mean, murdered? - That stuff you swallowed.
- En die heb jij net geslikt.And you just swallowed it. You're lying.
- Heb jij geslikt?- You swallowed?
- Heeft ze wat geslikt?- Think she swallowed something?
De Sultan heeft dit geslikt de Koran in zijn geheel.But their spoon feeding Sultan is, and he swallowed the Quran whole.
"O, broeder, ik slikte een andere vlieg.""Oh, brother, I just swallowed another fly."
- Hij slikte het zo door.I don't know. He just swallowed it.
- Ja, omdat Judah bang was, dat zijn lijk zou worden leeggeroofd, slikte hij de ring in.Yes, because Judah was so worried that his corpse would be stripped by looters, he swallowed the ring.
- Je slikte condooms in?- You swallowed condoms?
- Je slikte het door, Juist?- You swallowed it, right?
Het verbaast me dat ze het zomaar slikten.I'm surprised they swallowed it.
Miranda verlangde naar mannen die slikten.Miranda couldn't wait to get back to men who swallowed.
We sterven, rijk aan geliefden een bittere pil die we slikten..."We die. "We die rich with lovers and tribes, "tastes we have swallowed,

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

blikken
stay
flikken
cajole
klikken
click
knikken
nod
krikken
do
prikken
pierce
sjokken
joggle
slibben
do
sliepen
do
slieren
slither
slijmen
suck
slijpen
abrade
slijten
use up
slinken
shrink
slippen
slip

Similar but longer

inslikken
swallow

Random

segmenteren
segment
seksualiseren
do
situeren
locate
slaapwandelen
sleepwalk
sleden
do
slidderen
do
slijten
use up
slingeren
oscillate
smeren
spread
smoren
choke

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'swallow':

None found.
Learning languages?