Sliepen (to do) conjugation

Dutch
10 examples

Conjugation of sliepen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
sliep
I do
sliept
you do
sliept
he/she/it does
sliepen
we do
sliepen
you all do
sliepen
they do
Present perfect tense
heb gesliept
I have done
hebt gesliept
you have done
heeft gesliept
he/she/it has done
hebben gesliept
we have done
hebben gesliept
you all have done
hebben gesliept
they have done
Past tense
sliepte
I did
sliepte
you did
sliepte
he/she/it did
sliepten
we did
sliepten
you all did
sliepten
they did
Future tense
zal sliepen
I will do
zult sliepen
you will do
zal sliepen
he/she/it will do
zullen sliepen
we will do
zullen sliepen
you all will do
zullen sliepen
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou sliepen
I would do
zou sliepen
you would do
zou sliepen
he/she/it would do
zouden sliepen
we would do
zouden sliepen
you all would do
zouden sliepen
they would do
Subjunctive mood
sliepe
I do
sliepe
you do
sliepe
he/she/it do
sliepe
we do
sliepe
you all do
sliepe
they do
Past perfect tense
had gesliept
I had done
had gesliept
you had done
had gesliept
he/she/it had done
hadden gesliept
we had done
hadden gesliept
you all had done
hadden gesliept
they had done
Future perf.
zal gesliept hebben
I will have done
zal gesliept hebben
you will have done
zal gesliept hebben
he/she/it will have done
zullen gesliept hebben
we will have done
zullen gesliept hebben
you all will have done
zullen gesliept hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gesliept hebben
I would have done
zou gesliept hebben
you would have done
zou gesliept hebben
he/she/it would have done
zouden gesliept hebben
we would have done
zouden gesliept hebben
you all would have done
zouden gesliept hebben
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
sliep
do
sliept
do

Examples of sliepen

Example in DutchTranslation in English
'Hij kwam door het open raam naar binnen 'terwijl Wendy, Michael, en John vast sliepen."He came in through the open window "while wendy, michael, and john were sound asleep.
't Hotel dacht dat we samen sliepen.The hotel had accidentally booked us a double.
- Geen idee, ze sliepen al toen ik hier kwam.I don't know. They were asleep when I got here.
-Als de meisjes sliepen... ging ik naar uw kamer en voelde aan uw pakken in de klerenkast.- Know what I'd do as the girls slept? I'd go up to your room and open your closet and touch your suits.
Als die stam ons had willen vermoorden, hadden ze dat gedaan toen we sliepen.If this tribe wanted to kill us, they would have done it whilst we were sleeping.
"De jongen sliep lekker in het nest in het bos waar hij was gaan liggen"."The boy slept well in the woodland nest where he had laid himself down.
"De maan, de grilligheid in persoon, keek door het raam terwijl je sliep in je wieg, en hij dacht:"The capricious moon peered in through the window as you slept in your crib and thought,
- Henry sliep met die deur op een kier.Yes. Henry always slept with the door slightly ajar.
- Het zal raar klinken maar, Ik heb de laatste tijd wat nagedacht en ik heb besloten dat het tijd is je te vergeven omdat je met mijn vrouw sliep.This is gonna sound weird, but, uh, i've been doing some thinking lately, and, well, i've decided that it's time for me to forgive you.
- Hij was om negen uur al op z'n werk, terwijl jij om een uur nog sliep omdat je de hele nacht Sega had gespeeld, - wat je libido parten speelt.He was at work by 9:00 this morning, unlike my ex-boyfriend who would sleep until 1:00... because all he did was play Sega all night long, which has an enormous effect on your libido.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

bliepen
do
schepen
do
slappen
slap
slempen
drink
slibben
do
slieren
slither
slijmen
suck
slijpen
abrade
slijten
use up
slikken
swallow
slinken
shrink
slippen
slip
slissen
lisp
slorpen
lap
sluipen
sneak

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.
Learning languages?