Meesteren (to overpower) conjugation

Dutch

Conjugation of meesteren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
meester
I overpower
meestert
you overpower
meestert
he/she/it overpowers
meesteren
we overpower
meesteren
you all overpower
meesteren
they overpower
Present perfect tense
heb gemeesterd
I have overpowered
hebt gemeesterd
you have overpowered
heeft gemeesterd
he/she/it has overpowered
hebben gemeesterd
we have overpowered
hebben gemeesterd
you all have overpowered
hebben gemeesterd
they have overpowered
Past tense
meesterde
I overpowered
meesterde
you overpowered
meesterde
he/she/it overpowered
meesterden
we overpowered
meesterden
you all overpowered
meesterden
they overpowered
Future tense
zal meesteren
I will overpower
zult meesteren
you will overpower
zal meesteren
he/she/it will overpower
zullen meesteren
we will overpower
zullen meesteren
you all will overpower
zullen meesteren
they will overpower
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou meesteren
I would overpower
zou meesteren
you would overpower
zou meesteren
he/she/it would overpower
zouden meesteren
we would overpower
zouden meesteren
you all would overpower
zouden meesteren
they would overpower
Subjunctive mood
meestere
I overpower
meestere
you overpower
meestere
he/she/it overpower
meestere
we overpower
meestere
you all overpower
meestere
they overpower
Past perfect tense
had gemeesterd
I had overpowered
had gemeesterd
you had overpowered
had gemeesterd
he/she/it had overpowered
hadden gemeesterd
we had overpowered
hadden gemeesterd
you all had overpowered
hadden gemeesterd
they had overpowered
Future perf.
zal gemeesterd hebben
I will have overpowered
zal gemeesterd hebben
you will have overpowered
zal gemeesterd hebben
he/she/it will have overpowered
zullen gemeesterd hebben
we will have overpowered
zullen gemeesterd hebben
you all will have overpowered
zullen gemeesterd hebben
they will have overpowered
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gemeesterd hebben
I would have overpowered
zou gemeesterd hebben
you would have overpowered
zou gemeesterd hebben
he/she/it would have overpowered
zouden gemeesterd hebben
we would have overpowered
zouden gemeesterd hebben
you all would have overpowered
zouden gemeesterd hebben
they would have overpowered
Du
Ihr
Imperative mood
meester
overpower
meestert
overpower

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

koesteren
cherish
mediteren
meditate
meerderen
do
meesturen
send along
meevieren
do
meevoeren
carry
monsteren
do
presteren
press down

Similar but longer

bemeesteren
master

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'overpower':

None found.
Learning languages?