Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Meeblazen (to do) conjugation

Dutch
5 examples

Conjugation of meeblazen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
blaas mee
I do
blaast mee
you do
blaast mee
he/she/it does
blazen mee
we do
blazen mee
you all do
blazen mee
they do
Present perfect tense
heb meegeblazen
I have done
hebt meegeblazen
you have done
heeft meegeblazen
he/she/it has done
hebben meegeblazen
we have done
hebben meegeblazen
you all have done
hebben meegeblazen
they have done
Past tense
blies mee
I did
blies mee
you did
blies mee
he/she/it did
bliezen mee
we did
bliezen mee
you all did
bliezen mee
they did
Future tense
zal meeblazen
I will do
zult meeblazen
you will do
zal meeblazen
he/she/it will do
zullen meeblazen
we will do
zullen meeblazen
you all will do
zullen meeblazen
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou meeblazen
I would do
zou meeblazen
you would do
zou meeblazen
he/she/it would do
zouden meeblazen
we would do
zouden meeblazen
you all would do
zouden meeblazen
they would do
Subjunctive mood
blaze mee
I do
blaze mee
you do
blaze mee
he/she/it do
blaze mee
we do
blaze mee
you all do
blaze mee
they do
Past perfect tense
had meegeblazen
I had done
had meegeblazen
you had done
had meegeblazen
he/she/it had done
hadden meegeblazen
we had done
hadden meegeblazen
you all had done
hadden meegeblazen
they had done
Future perf.
zal meegeblazen hebben
I will have done
zal meegeblazen hebben
you will have done
zal meegeblazen hebben
he/she/it will have done
zullen meegeblazen hebben
we will have done
zullen meegeblazen hebben
you all will have done
zullen meegeblazen hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou meegeblazen hebben
I would have done
zou meegeblazen hebben
you would have done
zou meegeblazen hebben
he/she/it would have done
zouden meegeblazen hebben
we would have done
zouden meegeblazen hebben
you all would have done
zouden meegeblazen hebben
they would have done
Present bijzin tense
meeblaas
I do
meeblaast
you do
meeblaast
he/she/it does
meeblazen
we do
meeblazen
you all do
meeblazen
they do
Past bijzin tense
meeblies
I did
meeblies
you did
meeblies
he/she/it did
meebliezen
we did
meebliezen
you all did
meebliezen
they did
Future bijzin tense
zal meeblazen
I will do
zult meeblazen
you will do
zal meeblazen
he/she/it will do
zullen meeblazen
we will do
zullen meeblazen
you all will do
zullen meeblazen
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou meeblazen
I would do
zou meeblazen
you would do
zou meeblazen
he/she/it would do
zouden meeblazen
we would do
zouden meeblazen
you all would do
zouden meeblazen
they would do
Subjunctive bijzin mood
meeblaze
I do
meeblaze
you do
meeblaze
he/she/it do
meeblaze
we do
meeblaze
you all do
meeblaze
they do
Du
Ihr
Imperative mood
blaas m
do
blaast
do

Examples of meeblazen

Example in DutchTranslation in English
'Whitechapel bevrijdt Iers dynamiet en blaast het terug naar Londen'.It is, "Whitechapel frees Irish dynamite "and blows it back to London."
'Zeden' blaast in mijn nek.Vice is breathing down my neck.
- Als je niet in m'n nek blaast. Als je de verkeerde draad doorknipt...~ Baker~ If you stop breathing down my neck, you see, if you cut the wrong wire-
- Ik weet het niet. Dan blaast hij zichzelf op.Getting themselves blown up along with the City, it doesn't seem part of their M.O.
- Je blaast die deur op, en vermoord Chuck dan ook.You're gonna blast the door open, are you're gonna kill Chuck in the process.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

lubberen
do
luizen
louse
masturberen
masturbate
maximeren
do
mazen
do
mechaniseren
do
meebieden
do
meebrengen
do
meeliften
piggyback
meelopen
shadow

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.