Extrapoleren (to do) conjugation

Dutch
4 examples

Conjugation of extrapoleren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
extrapoleer
I do
extrapoleert
you do
extrapoleert
he/she/it does
extrapoleren
we do
extrapoleren
you all do
extrapoleren
they do
Present perfect tense
heb geëxtrapoleerd
I have done
hebt geëxtrapoleerd
you have done
heeft geëxtrapoleerd
he/she/it has done
hebben geëxtrapoleerd
we have done
hebben geëxtrapoleerd
you all have done
hebben geëxtrapoleerd
they have done
Past tense
extrapoleerde
I did
extrapoleerde
you did
extrapoleerde
he/she/it did
extrapoleerden
we did
extrapoleerden
you all did
extrapoleerden
they did
Future tense
zal extrapoleren
I will do
zult extrapoleren
you will do
zal extrapoleren
he/she/it will do
zullen extrapoleren
we will do
zullen extrapoleren
you all will do
zullen extrapoleren
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou extrapoleren
I would do
zou extrapoleren
you would do
zou extrapoleren
he/she/it would do
zouden extrapoleren
we would do
zouden extrapoleren
you all would do
zouden extrapoleren
they would do
Subjunctive mood
extrapolere
I do
extrapolere
you do
extrapolere
he/she/it do
extrapolere
we do
extrapolere
you all do
extrapolere
they do
Past perfect tense
had geëxtrapoleerd
I had done
had geëxtrapoleerd
you had done
had geëxtrapoleerd
he/she/it had done
hadden geëxtrapoleerd
we had done
hadden geëxtrapoleerd
you all had done
hadden geëxtrapoleerd
they had done
Future perf.
zal geëxtrapoleerd hebben
I will have done
zal geëxtrapoleerd hebben
you will have done
zal geëxtrapoleerd hebben
he/she/it will have done
zullen geëxtrapoleerd hebben
we will have done
zullen geëxtrapoleerd hebben
you all will have done
zullen geëxtrapoleerd hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geëxtrapoleerd hebben
I would have done
zou geëxtrapoleerd hebben
you would have done
zou geëxtrapoleerd hebben
he/she/it would have done
zouden geëxtrapoleerd hebben
we would have done
zouden geëxtrapoleerd hebben
you all would have done
zouden geëxtrapoleerd hebben
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
extrapoleer
do
extrapoleert
do

Examples of extrapoleren

Example in DutchTranslation in English
- Als we de richting dus kennen, kunnen we zijn relatieve lichaamspositie extrapoleren binnen in de tornado op het moment van elke wonde.So then, if we know directionality, then we can extrapolate the victim's relative body positions within the tornado at the time of each injury.
Ik hoef alleen maar de sprietjes in dat vakje te tellen... en dat te extrapoleren naar de grootte van dit veld.All l have to do now is count the number of blades of grass in that little two-inch square and then multiply by the number of squares that would cover this whole field.
Ik zou het meest grondige en intieme statistische onderzoek doen voor elk onderwerp en ik zou correleren en extrapoleren en betekenis geven. Betekenis aan elk deel apart.I mean, I would do the deepest, meanest, most intimate statistical research on any given topic, and I would correlate and extrapolate, and I would give meaning, meaning to each and every single part.
Als je bij een constant verval van Energon extrapoleert waar Sentinel Prime van de ...een echo kreeg, dan krijg je een totaal andere formule.Break down the elemental components of Energon, assume a constant decay rate and extrapolate for each of the... Fourteen galactic convergences it took the Sentinel Prime expedition to receive an... Echo on its signal, you wind up with a formula for inter-dimensional energy increase that mass and light alone can't possibly explain.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.
Learning languages?