Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Etteren (to suppurate) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
etter
ettert
ettert
etteren
etteren
etteren
Present perfect tense
heb geëtterd
hebt geëtterd
heeft geëtterd
hebben geëtterd
hebben geëtterd
hebben geëtterd
Past tense
etterde
etterde
etterde
etterden
etterden
etterden
Future tense
zal etteren
zult etteren
zal etteren
zullen etteren
zullen etteren
zullen etteren
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou etteren
zou etteren
zou etteren
zouden etteren
zouden etteren
zouden etteren
Subjunctive mood
ettere
ettere
ettere
ettere
ettere
ettere
Past perfect tense
had geëtterd
had geëtterd
had geëtterd
hadden geëtterd
hadden geëtterd
hadden geëtterd
Future perf.
zal geëtterd hebben
zal geëtterd hebben
zal geëtterd hebben
zullen geëtterd hebben
zullen geëtterd hebben
zullen geëtterd hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geëtterd hebben
zou geëtterd hebben
zou geëtterd hebben
zouden geëtterd hebben
zouden geëtterd hebben
zouden geëtterd hebben
Du
Ihr
Imperative mood
etter
ettert

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

acteren
act
afteren
do
beteren
mend
boteren
butter
citeren
quote
dateren
date
doteren
dope
emmeren
do
enteren
inoculate
ergeren
annoy
fêteren
do
interen
sinter
koteren
do
muteren
do
noteren
note

Similar but longer

emitteren
issue
ketteren
curse
kletteren
clank
knetteren
crackle
kwetteren
twitter
letteren
do
pletteren
crush tars
spetteren
splash
tetteren
holler

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'suppurate':

None found.