Bevallen (to please) conjugation

Dutch
16 examples

Conjugation of bevallen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
beval
I please
bevalt
you please
bevalt
he/she/it pleases
bevallen
we please
bevallen
you all please
bevallen
they please
Present perfect tense
ben bevallen
I have pleased
bent bevallen
you have pleased
is bevallen
he/she/it has pleased
zijn bevallen
we have pleased
zijn bevallen
you all have pleased
zijn bevallen
they have pleased
Past tense
beviel
I pleased
beviel
you pleased
beviel
he/she/it pleased
bevielen
we pleased
bevielen
you all pleased
bevielen
they pleased
Future tense
zal bevallen
I will please
zult bevallen
you will please
zal bevallen
he/she/it will please
zullen bevallen
we will please
zullen bevallen
you all will please
zullen bevallen
they will please
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou bevallen
I would please
zou bevallen
you would please
zou bevallen
he/she/it would please
zouden bevallen
we would please
zouden bevallen
you all would please
zouden bevallen
they would please
Subjunctive mood
bevalle
I please
bevalle
you please
bevalle
he/she/it please
bevalle
we please
bevalle
you all please
bevalle
they please
Past perfect tense
was bevallen
I had pleased
was bevallen
you had pleased
was bevallen
he/she/it had pleased
waren bevallen
we had pleased
waren bevallen
you all had pleased
waren bevallen
they had pleased
Future perf.
zal bevallen zijn
I will have pleased
zal bevallen zijn
you will have pleased
zal bevallen zijn
he/she/it will have pleased
zullen bevallen zijn
we will have pleased
zullen bevallen zijn
you all will have pleased
zullen bevallen zijn
they will have pleased
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou bevallen zijn
I would have pleased
zou bevallen zijn
you would have pleased
zou bevallen zijn
he/she/it would have pleased
zouden bevallen zijn
we would have pleased
zouden bevallen zijn
you all would have pleased
zouden bevallen zijn
they would have pleased
Du
Ihr
Imperative mood
beval
please
bevalt
please

Examples of bevallen

Example in DutchTranslation in English
- Jazeker. Ik hoop dat ze u bevallen.I hope you'll be pleased with them, sir.
Als ze me niet bevallen, valt u me nooit meer lastig.If it displeases me, you will agree not to call on me ever again.
Als ze slecht wordt behandeld, zou me dat helemaal niet bevallen.If she were mistreated, I would be very displeased, sir.
Alsjeblieft, vertel me dat ze nog niet bevallen is.No way she's had the baby yet, right? Please, please, please tell me she didn't have the baby.
Dat vooruitzicht zal je wel bevallen.I suppose that prospect pleases you?
"Wil je alsjeblieft een flamingo uitkiezen?" beval de Hartenkoningin."Would you please pick a flamingo?" ordered the Queen of Hearts.
- Dat bevalt me.- So you please me.
- Het bevalt u wellicht niet.- Hardly to please you.
- Hopelijk bevalt hij, mevrouw de president.I hope you'll be pleased, Madam President.
- Ja, het bevalt me.Yes, it pleases me.
- Je bevalt haar.- You have pleased her.
Daarna veroorzaakte hij nog veel meer ongeluk... en dat beviel de tovenaar nog veel beter.Then it caused far greater unhappiness, which pleased the magician even more.
Dat Toranaga z'n vrouw liet lesgeven aan Blackthorne beviel Buntaro niet.That Toranaga had ordered his wife to teach Blackthorne displeased Buntaro.
Dat beviel me erg, want ze heeft een goede smaak. Op de meeste vlakken.It pleased me because she has such excellent taste... in most things.
Het beviel hem daar.It pleased him.
Het beviel ons ook niet, maar we moesten iets doen.No one was pleased, but we had to act for the greater good.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

afvallen
lose weight
bedillen
carp at
bevangen
do
bevatten
contain
bevoelen
fumble
bevuilen
soil
bewallen
do
gevallen
do
invallen
flood
omvallen
fall over
opvallen
stand out

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

besnaren
do
bestijgen
best glands
betomen
restrain
betten
bathe
beuzelen
trifle
bevangen
do
bevoelen
fumble
bewateren
water
bewegen
move
bewenen
mourn

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'please':

None found.
Learning languages?