Pikken (to pilfer) conjugation

Dutch
4 examples

Conjugation of pikken

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
pik
I pilfer
pikt
you pilfer
pikt
he/she/it pilfers
pikken
we pilfer
pikken
you all pilfer
pikken
they pilfer
Present perfect tense
heb gepikt
I have pilfered
hebt gepikt
you have pilfered
heeft gepikt
he/she/it has pilfered
hebben gepikt
we have pilfered
hebben gepikt
you all have pilfered
hebben gepikt
they have pilfered
Past tense
pikte
I pilfered
pikte
you pilfered
pikte
he/she/it pilfered
pikten
we pilfered
pikten
you all pilfered
pikten
they pilfered
Future tense
zal pikken
I will pilfer
zult pikken
you will pilfer
zal pikken
he/she/it will pilfer
zullen pikken
we will pilfer
zullen pikken
you all will pilfer
zullen pikken
they will pilfer
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou pikken
I would pilfer
zou pikken
you would pilfer
zou pikken
he/she/it would pilfer
zouden pikken
we would pilfer
zouden pikken
you all would pilfer
zouden pikken
they would pilfer
Subjunctive mood
pikke
I pilfer
pikke
you pilfer
pikke
he/she/it pilfer
pikke
we pilfer
pikke
you all pilfer
pikke
they pilfer
Past perfect tense
had gepikt
I had pilfered
had gepikt
you had pilfered
had gepikt
he/she/it had pilfered
hadden gepikt
we had pilfered
hadden gepikt
you all had pilfered
hadden gepikt
they had pilfered
Future perf.
zal gepikt hebben
I will have pilfered
zal gepikt hebben
you will have pilfered
zal gepikt hebben
he/she/it will have pilfered
zullen gepikt hebben
we will have pilfered
zullen gepikt hebben
you all will have pilfered
zullen gepikt hebben
they will have pilfered
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gepikt hebben
I would have pilfered
zou gepikt hebben
you would have pilfered
zou gepikt hebben
he/she/it would have pilfered
zouden gepikt hebben
we would have pilfered
zouden gepikt hebben
you all would have pilfered
zouden gepikt hebben
they would have pilfered
Du
Ihr
Imperative mood
pik
pilfer
pikt
pilfer

Examples of pikken

Example in DutchTranslation in English
Centen pikken van klasgenootjes,.. .. dan wat zakkenrollerij, wat auto's jatten.In quite a small way, pilfering from other children at school.
Metjullie ervaring in ontsnappen konden jullie hier wegkomen door de sleutel te pikken.With your expertise at sleight-of-hand pickpocketing, l think you were both able to get out of here by pilfering a guard's key.
- Dat doet Damon. Ik pik het weer van hem, dus...I've been pilfering his supply, so...
Ik pikte hem bij de bewijzen om hun laatste goocheltruc te voorkomen.l pilfered it from the evidence room to prevent their final act of prestidigitation.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

bakken
bake
bekken
do
bikken
do
bokken
sulk
bukken
stoop
dekken
cover
dikken
thick
dokken
cough up
fikken
do
fokken
breed
gakken
honk
gekken
do
gokken
gamble
hakken
cut
hikken
hiccup

Similar but longer

afpikken
do
bepikken
do
inpikken
pinch
oppikken
pick
pikkelen
do
prikken
pierce

Random

pacteren
do
pegelen
do
picknicken
picnic
piercen
pierce
pietepeuteren
do
pifpaffen
do
pikkelen
do
pillen
do
plastificeren
do
platbranden
burn

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'pilfer':

None found.
Learning languages?