Cooljugator Logo Get a Dutch Tutor

verrijden

to wheel

Looking for learning resources? Study with our courses! Get a full course →

Conjugation of verrijden

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
verrijd
I wheel
verrijdt
you wheel
verrijdt
he/she/it wheels
verrijden
we wheel
verrijden
you all wheel
verrijden
they wheel
Present perfect tense
heb verreden
I have wheeled
hebt verreden
you have wheeled
heeft verreden
he/she/it has wheeled
hebben verreden
we have wheeled
hebben verreden
you all have wheeled
hebben verreden
they have wheeled
Past tense
verreed
I wheeled
verreed
you wheeled
verreed
he/she/it wheeled
verreden
we wheeled
verreden
you all wheeled
verreden
they wheeled
Future tense
zal verrijden
I will wheel
zult verrijden
you will wheel
zal verrijden
he/she/it will wheel
zullen verrijden
we will wheel
zullen verrijden
you all will wheel
zullen verrijden
they will wheel
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou verrijden
I would wheel
zou verrijden
you would wheel
zou verrijden
he/she/it would wheel
zouden verrijden
we would wheel
zouden verrijden
you all would wheel
zouden verrijden
they would wheel
Subjunctive mood
verrijde
I wheel
verrijde
you wheel
verrijde
he/she/it wheel
verrijde
we wheel
verrijde
you all wheel
verrijde
they wheel
Past perfect tense
had verreden
I had wheeled
had verreden
you had wheeled
had verreden
he/she/it had wheeled
hadden verreden
we had wheeled
hadden verreden
you all had wheeled
hadden verreden
they had wheeled
Future perf.
zal verreden hebben
I will have wheeled
zal verreden hebben
you will have wheeled
zal verreden hebben
he/she/it will have wheeled
zullen verreden hebben
we will have wheeled
zullen verreden hebben
you all will have wheeled
zullen verreden hebben
they will have wheeled
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou verreden hebben
I would have wheeled
zou verreden hebben
you would have wheeled
zou verreden hebben
he/she/it would have wheeled
zouden verreden hebben
we would have wheeled
zouden verreden hebben
you all would have wheeled
zouden verreden hebben
they would have wheeled
Du
Ihr
Imperative mood
verrijd
wheel
verrijdt
wheel

Examples of verrijden

Kunnen we z'n bed en alles verrijden?

Doctor, can we wheel Kyle out of here on his bed with the machines attached?