Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Vermeten (to presume) conjugation

Dutch

Conjugation of vermeten

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
vermeet
I presume
vermeet
you presume
vermeet
he/she/it presumes
vermeten
we presume
vermeten
you all presume
vermeten
they presume
Present perfect tense
heb vermeten
I have presumed
hebt vermeten
you have presumed
heeft vermeten
he/she/it has presumed
hebben vermeten
we have presumed
hebben vermeten
you all have presumed
hebben vermeten
they have presumed
Past tense
vermat
I presumed
vermat
you presumed
vermat
he/she/it presumed
vermaten
we presumed
vermaten
you all presumed
vermaten
they presumed
Future tense
zal vermeten
I will presume
zult vermeten
you will presume
zal vermeten
he/she/it will presume
zullen vermeten
we will presume
zullen vermeten
you all will presume
zullen vermeten
they will presume
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou vermeten
I would presume
zou vermeten
you would presume
zou vermeten
he/she/it would presume
zouden vermeten
we would presume
zouden vermeten
you all would presume
zouden vermeten
they would presume
Subjunctive mood
vermete
I presume
vermete
you presume
vermete
he/she/it presume
vermete
we presume
vermete
you all presume
vermete
they presume
Past perfect tense
had vermeten
I had presumed
had vermeten
you had presumed
had vermeten
he/she/it had presumed
hadden vermeten
we had presumed
hadden vermeten
you all had presumed
hadden vermeten
they had presumed
Future perf.
zal vermeten hebben
I will have presumed
zal vermeten hebben
you will have presumed
zal vermeten hebben
he/she/it will have presumed
zullen vermeten hebben
we will have presumed
zullen vermeten hebben
you all will have presumed
zullen vermeten hebben
they will have presumed
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou vermeten hebben
I would have presumed
zou vermeten hebben
you would have presumed
zou vermeten hebben
he/she/it would have presumed
zouden vermeten hebben
we would have presumed
zouden vermeten hebben
you all would have presumed
zouden vermeten hebben
they would have presumed
Du
Ihr
Imperative mood
vermeet
presume
vermeet
presume

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

vergeten
forget
verlaten
leave
verloten
raffle
vermaken
amuse
vermalen
grind
vermanen
admonish
vermeien
gloat
vermenen
opine
vermogen
might
verpoten
pump

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

verkoperen
copper
verlengen
lengthen
verluieren
lounge away
verlustigen
amuse
vermalen
grind
vermeien
gloat
vermelden
mention
vermenselijken
anthropomorphize
vermijden
avoid
vernielen
wreck

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'presume':

None found.