Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Schroden (to do) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
schrood
schroodt
schroodt
schroden
schroden
schroden
Present perfect tense
heb geschrood
hebt geschrood
heeft geschrood
hebben geschrood
hebben geschrood
hebben geschrood
Past tense
schroodde
schroodde
schroodde
schroodden
schroodden
schroodden
Future tense
zal schroden
zult schroden
zal schroden
zullen schroden
zullen schroden
zullen schroden
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou schroden
zou schroden
zou schroden
zouden schroden
zouden schroden
zouden schroden
Subjunctive mood
schrode
schrode
schrode
schrode
schrode
schrode
Past perfect tense
had geschrood
had geschrood
had geschrood
hadden geschrood
hadden geschrood
hadden geschrood
Future perf.
zal geschrood hebben
zal geschrood hebben
zal geschrood hebben
zullen geschrood hebben
zullen geschrood hebben
zullen geschrood hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geschrood hebben
zou geschrood hebben
zou geschrood hebben
zouden geschrood hebben
zouden geschrood hebben
zouden geschrood hebben
Du
Ihr
Imperative mood
schrood
schroodt

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

scheiden
warp
schelden
curse
schenden
violate
schragen
abet
schralen
do
schrapen
scrape
schreien
cry
schromen
be bashful
schroten
ail
schudden
shake

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

samenvatten
summarize
schobben
do
schoolgaan
school stay
schoonvegen
do
schrabben
scrape
schrobben
scare
schroeien
do
schuddebuiken
shook bellies
scrollen
scroll
seconderen
seal

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.