Plonzen (to splash) conjugation

Dutch
12 examples

Conjugation of plonzen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
plons
I splash
plonst
you splash
plonst
he/she/it splashes
plonzen
we splash
plonzen
you all splash
plonzen
they splash
Present perfect tense
heb geplonsd
I have splashed
hebt geplonsd
you have splashed
heeft geplonsd
he/she/it has splashed
hebben geplonsd
we have splashed
hebben geplonsd
you all have splashed
hebben geplonsd
they have splashed
Past tense
plonsde
I splashed
plonsde
you splashed
plonsde
he/she/it splashed
plonsden
we splashed
plonsden
you all splashed
plonsden
they splashed
Future tense
zal plonzen
I will splash
zult plonzen
you will splash
zal plonzen
he/she/it will splash
zullen plonzen
we will splash
zullen plonzen
you all will splash
zullen plonzen
they will splash
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou plonzen
I would splash
zou plonzen
you would splash
zou plonzen
he/she/it would splash
zouden plonzen
we would splash
zouden plonzen
you all would splash
zouden plonzen
they would splash
Subjunctive mood
plonze
I splash
plonze
you splash
plonze
he/she/it splash
plonze
we splash
plonze
you all splash
plonze
they splash
Past perfect tense
had geplonsd
I had splashed
had geplonsd
you had splashed
had geplonsd
he/she/it had splashed
hadden geplonsd
we had splashed
hadden geplonsd
you all had splashed
hadden geplonsd
they had splashed
Future perf.
zal geplonsd hebben
I will have splashed
zal geplonsd hebben
you will have splashed
zal geplonsd hebben
he/she/it will have splashed
zullen geplonsd hebben
we will have splashed
zullen geplonsd hebben
you all will have splashed
zullen geplonsd hebben
they will have splashed
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geplonsd hebben
I would have splashed
zou geplonsd hebben
you would have splashed
zou geplonsd hebben
he/she/it would have splashed
zouden geplonsd hebben
we would have splashed
zouden geplonsd hebben
you all would have splashed
zouden geplonsd hebben
they would have splashed
Du
Ihr
Imperative mood
plons
splash
plonst
splash

Examples of plonzen

Example in DutchTranslation in English
- Ik hoorde plonzen.- Heard splashing. It's gotta be him.
Ben je bang dat door de drek plonzen je dure schoenen zal verpesten?Are you worried a bit of splashing about in the bog might ruin your expensive shoes?
Hoe dan ook, ik hoorde een paar plonzen, dus ik ging erheen en vroeg hem wat er aan de hand was...Anyway, I heard a couple of splashes. So I called up and asked him what was going on. He said,
Hé, misschien kunnen we wat plonzen met sommige meiden.Hey, we could be splish-splashing with some girls.
Ik hoef geen tiener die me uitlegt hoe ik m'n armen in het water moet plonzen.- I don't need some illiterate teenager telling me how to lie on my belly and splash my arms in the water.
't Viel in 't water: plons!Then he fell... splash!
- En maken een plons-And make a splash - Melody
- Goede plons!- Good splash!
- Maak je 'n grotere plons.- Bigger splash from up there. Is that a fact?
Een waterdruppel die verticaal uit een wolk valt... valt op de grond en plonst naar buiten.A droplet of water falling in a vertical line from a cloud will slam to the ground and splash outward.
Hij gaat omhoog als 'n kanonskogel en komt neer als 'n kanonskogel plonst in zee... met 'n parachute om het leven te redden van het specimen dat er in zit.It will go up like a cannonball and come down like a cannonball splashing down in the ocean with a parachute to spare the life of the specimen inside.
Je plonst niet in de vloeibare oceaan op Jupiter... zoals je dat hier zou doen.Lies just below. You don't splash down Onto this, sort of,

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

bronzen
bronze
peinzen
ponder on
plenzen
do
ploegen
plough
ploffen
plop
plompen
plump
plooien
fold
plotten
do
pluizen
pick
slonzen
do
sponzen
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

pijnigen
torment
pirouetteren
do
plaasteren
plaster
platslaan
flatten
platspuiten
flat spray
platvoeten
flat feet
plaveien
pave
plompen
plump
plooien
fold
popelen
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'splash':

None found.
Learning languages?