Joggen (to jog) conjugation

Dutch
28 examples

Conjugation of joggen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
jog
I jog
jogt
you jog
jogt
he/she/it jogs
joggen
we jog
joggen
you all jog
joggen
they jog
Present perfect tense
heb gejogd
I have jogged
hebt gejogd
you have jogged
heeft gejogd
he/she/it has jogged
hebben gejogd
we have jogged
hebben gejogd
you all have jogged
hebben gejogd
they have jogged
Past tense
jogde
I jogged
jogde
you jogged
jogde
he/she/it jogged
jogden
we jogged
jogden
you all jogged
jogden
they jogged
Future tense
zal joggen
I will jog
zult joggen
you will jog
zal joggen
he/she/it will jog
zullen joggen
we will jog
zullen joggen
you all will jog
zullen joggen
they will jog
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou joggen
I would jog
zou joggen
you would jog
zou joggen
he/she/it would jog
zouden joggen
we would jog
zouden joggen
you all would jog
zouden joggen
they would jog
Subjunctive mood
jogge
I jog
jogge
you jog
jogge
he/she/it jog
jogge
we jog
jogge
you all jog
jogge
they jog
Past perfect tense
had gejogd
I had jogged
had gejogd
you had jogged
had gejogd
he/she/it had jogged
hadden gejogd
we had jogged
hadden gejogd
you all had jogged
hadden gejogd
they had jogged
Future perf.
zal gejogd hebben
I will have jogged
zal gejogd hebben
you will have jogged
zal gejogd hebben
he/she/it will have jogged
zullen gejogd hebben
we will have jogged
zullen gejogd hebben
you all will have jogged
zullen gejogd hebben
they will have jogged
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gejogd hebben
I would have jogged
zou gejogd hebben
you would have jogged
zou gejogd hebben
he/she/it would have jogged
zouden gejogd hebben
we would have jogged
zouden gejogd hebben
you all would have jogged
zouden gejogd hebben
they would have jogged
Du
Ihr
Imperative mood
jog
jog
jogt
jog

Examples of joggen

Example in DutchTranslation in English
'Ze was vergeten dat ze gepland had om met Jenny te gaan joggen. ''She'd forgotten she'd planned to go for a jog with Jenny.'
'Ze zeggen dat hij nooit slaapt, maar dat doet hij onder het joggen.'"Some call it the dog that never sleeps, though it actually does while jogging."
't Is alleen maar een beetje joggen.It's just a little jogging.
- Beter dan joggen, denk ik.Something is very wrong about this. Beats jogging, I guess.
- Bij het joggen vanochtend... heb ik haar portemonnee gevonden. Die wil ik aan haar terug geven.I was jogging this morning, I found her wallet under a park bench, just thought I'd... return it.
- Ik jog af en toe.- I jog occasionally.
- Ik jog in m'n eentje, op kleine paadjes.I jog alone... off the main path.
- Ik jog niet, ik loop hard.I don't jog, Mr Booker. I run.
- Ik jog.I've been jogging.
- Jog je, je lijkt op een jogger.- You jog? You look like a jogger.
- Hij jogt hier wel eens.Yeah, I've seen him jogging around here.
- Ze jogt elke ochtend alleen.She jogs every morning.
- Ze jogt.- She jogs.
Arkady jogt graag op maandag en woensdagmiddag.Arkady likes to jog Monday and Wednesday afternoon.
Een vriend van me jogt op blote voeten.Friend of mine jogs in her bare feet.
- Ik heb gejogd.i jogged here.
Hij had ongeveer een uur gejogd... maar kan met de auto zijn gekomen, stukje rennen en terug racen.He had been jogging. He could have driven a car, jogged the last bit and run back.
Ik heb gejogd.I jogged.
Je hebt nog nooit in je leven gejogd.- Now? You've never jogged a day in your life.
En dan jogde de man verder.And then the man then jogged on.
Hij verliet het kwartier van de officieren om 20.23 u. Hij jogde zo'n 1.800 meter.He left the VOQ at 20:23, and he jogged for 1.1 miles.
Ik jogde naar Ricardi, ik nam de hond mee.I jogged up to Ricardi's like I always do.
Volgens Suzy, de zeer mooie receptioniste, jogde Newton elke avond sinds z'n komst.And according to Suzy, the very nice desk clerk, Newton jogged every evening since he arrived here.
Ze jogde bijna elke dag, altijd alleen.None of the witnesses saw her this morning, but they said she jogged most days, always alone.
- Nee, ik kom joggend naar het werk.I'm gonna start jogging to work.
Dat gebeurt, google gewoon even Martin Lawrence, plus 'gearresteerd' en 'joggend.'It happens.Just google Martin Lawrence, plus "arrested," plus "jogging."
Hij draagt 'n groen ribfluwelen pak, en loopt al joggend en springend, bijgestaan door zijn trainer en z'n begeleiders.He is wearing a green corduroy suit, jogging and bobbing down the aisle, buttressed by his trainer and his handlers.
Jij spendeert uren van de avond joggend rond de basis alsof je achtervolgt wordt.You spend all hours of the night jogging around the base like you're being chased.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

biggen
pig
joelen
bawl
joepen
do
jokken
fib
jollen
do
jongen
boy
jonnen
do
jouwen
hoot
leggen
put
liggen
be situated
loggen
log
raggen
do
reggen
do
soggen
do
zeggen
say

Similar but longer

joggelen
do

Random

inzien
have a look at
inzulten
do
irriteren
irritate
jassen
peel
jeinen
do
joelen
bawl
joggelen
do
joken
do
jouwen
hoot
kaalslaan
bald store

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'jog':

None found.
Learning languages?