Grokken (to grok) conjugation

Dutch
3 examples

Conjugation of grokken

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
grok
I grok
grokt
you grok
grokt
he/she/it groks
grokken
we grok
grokken
you all grok
grokken
they grok
Present perfect tense
heb gegrokt
I have grokked
hebt gegrokt
you have grokked
heeft gegrokt
he/she/it has grokked
hebben gegrokt
we have grokked
hebben gegrokt
you all have grokked
hebben gegrokt
they have grokked
Past tense
grokte
I grokked
grokte
you grokked
grokte
he/she/it grokked
grokten
we grokked
grokten
you all grokked
grokten
they grokked
Future tense
zal grokken
I will grok
zult grokken
you will grok
zal grokken
he/she/it will grok
zullen grokken
we will grok
zullen grokken
you all will grok
zullen grokken
they will grok
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou grokken
I would grok
zou grokken
you would grok
zou grokken
he/she/it would grok
zouden grokken
we would grok
zouden grokken
you all would grok
zouden grokken
they would grok
Subjunctive mood
grokke
I grok
grokke
you grok
grokke
he/she/it grok
grokke
we grok
grokke
you all grok
grokke
they grok
Past perfect tense
had gegrokt
I had grokked
had gegrokt
you had grokked
had gegrokt
he/she/it had grokked
hadden gegrokt
we had grokked
hadden gegrokt
you all had grokked
hadden gegrokt
they had grokked
Future perf.
zal gegrokt hebben
I will have grokked
zal gegrokt hebben
you will have grokked
zal gegrokt hebben
he/she/it will have grokked
zullen gegrokt hebben
we will have grokked
zullen gegrokt hebben
you all will have grokked
zullen gegrokt hebben
they will have grokked
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gegrokt hebben
I would have grokked
zou gegrokt hebben
you would have grokked
zou gegrokt hebben
he/she/it would have grokked
zouden gegrokt hebben
we would have grokked
zouden gegrokt hebben
you all would have grokked
zouden gegrokt hebben
they would have grokked
Du
Ihr
Imperative mood
grok
grok
grokt
grok

Examples of grokken

Example in DutchTranslation in English
Heb je net het woord "grok" gebruikt?Did you just use the word "grok"?
Ik wil niet onbeleefd zijn, maar het is vrij moeilijk om je serieus te nemen, als je troep zegt als 'grok' en 'troep'.I don't mean to be rude, but it's kind of hard to take you seriously when you say junk like "grok" and "junk. "
Kijk eens of jij grokt waar ik mee zit?Hey, come see if you grok what I been going batty over.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

blokken
swot
brokken
do
groeien
grow
groenen
grow
groepen
do
groeten
do
groeven
do
grollen
do
grommen
growl
gronden
fathom
klokken
do
knokken
fight
sjokken
joggle
slokken
gulp
smokken
shirr

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

giechelen
giggle
grasmaaien
mow
grimeren
make up
groeten
do
groeven
do
grollen
do
gunnen
adjudge
hagelen
hail
halzen
do
handelen
act

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'grok':

None found.
Learning languages?