Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Bloten (to dewool) conjugation

Dutch
1 examples
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
bloot
bloot
bloot
bloten
bloten
bloten
Present perfect tense
heb gebloot
hebt gebloot
heeft gebloot
hebben gebloot
hebben gebloot
hebben gebloot
Past tense
blootte
blootte
blootte
blootten
blootten
blootten
Future tense
zal bloten
zult bloten
zal bloten
zullen bloten
zullen bloten
zullen bloten
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou bloten
zou bloten
zou bloten
zouden bloten
zouden bloten
zouden bloten
Subjunctive mood
blote
blote
blote
blote
blote
blote
Past perfect tense
had gebloot
had gebloot
had gebloot
hadden gebloot
hadden gebloot
hadden gebloot
Future perf.
zal gebloot hebben
zal gebloot hebben
zal gebloot hebben
zullen gebloot hebben
zullen gebloot hebben
zullen gebloot hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gebloot hebben
zou gebloot hebben
zou gebloot hebben
zouden gebloot hebben
zouden gebloot hebben
zouden gebloot hebben
Du
Ihr
Imperative mood
bloot
bloot

Examples of bloten

Example in DutchTranslation in English
Er is een messengevechtsscène, en hij laat zijn bloten billen zien.There is a knife fight scene, and he shows his dewooling buttocks,

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

batten
bat
betten
bathe
bijten
bite
blaken
blaze
blaren
do
blaten
bleat
blazen
blow
bleken
bleach
blèren
hurt
blowen
do
blozen
blush
boeten
do penance
booten
boot
botten
bud
bouten
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

binnenvliegen
fly in
blikogen
do
bloesemen
blossom
blokken
swot
blootleggen
reveal
blootwoelen
do
blouwen
do
blussen
extinguish
boeten
do penance
boffen
be lucky

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'dewool':

None found.