Aflikken (to lick) conjugation

Dutch
21 examples

Conjugation of aflikken

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
lik af
I lick
likt af
you lick
likt af
he/she/it licks
likken af
we lick
likken af
you all lick
likken af
they lick
Present perfect tense
heb afgelikt
I have licked
hebt afgelikt
you have licked
heeft afgelikt
he/she/it has licked
hebben afgelikt
we have licked
hebben afgelikt
you all have licked
hebben afgelikt
they have licked
Past tense
likte af
I licked
likte af
you licked
likte af
he/she/it licked
likten af
we licked
likten af
you all licked
likten af
they licked
Future tense
zal aflikken
I will lick
zult aflikken
you will lick
zal aflikken
he/she/it will lick
zullen aflikken
we will lick
zullen aflikken
you all will lick
zullen aflikken
they will lick
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou aflikken
I would lick
zou aflikken
you would lick
zou aflikken
he/she/it would lick
zouden aflikken
we would lick
zouden aflikken
you all would lick
zouden aflikken
they would lick
Subjunctive mood
likke af
I lick
likke af
you lick
likke af
he/she/it lick
likke af
we lick
likke af
you all lick
likke af
they lick
Past perfect tense
had afgelikt
I had licked
had afgelikt
you had licked
had afgelikt
he/she/it had licked
hadden afgelikt
we had licked
hadden afgelikt
you all had licked
hadden afgelikt
they had licked
Future perf.
zal afgelikt hebben
I will have licked
zal afgelikt hebben
you will have licked
zal afgelikt hebben
he/she/it will have licked
zullen afgelikt hebben
we will have licked
zullen afgelikt hebben
you all will have licked
zullen afgelikt hebben
they will have licked
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou afgelikt hebben
I would have licked
zou afgelikt hebben
you would have licked
zou afgelikt hebben
he/she/it would have licked
zouden afgelikt hebben
we would have licked
zouden afgelikt hebben
you all would have licked
zouden afgelikt hebben
they would have licked
Present bijzin tense
aflik
I lick
aflikt
you lick
aflikt
he/she/it licks
aflikken
we lick
aflikken
you all lick
aflikken
they lick
Past bijzin tense
aflikte
I licked
aflikte
you licked
aflikte
he/she/it licked
aflikten
we licked
aflikten
you all licked
aflikten
they licked
Future bijzin tense
zal aflikken
I will lick
zult aflikken
you will lick
zal aflikken
he/she/it will lick
zullen aflikken
we will lick
zullen aflikken
you all will lick
zullen aflikken
they will lick
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou aflikken
I would lick
zou aflikken
you would lick
zou aflikken
he/she/it would lick
zouden aflikken
we would lick
zouden aflikken
you all would lick
zouden aflikken
they would lick
Subjunctive bijzin mood
aflikke
I lick
aflikke
you lick
aflikke
he/she/it lick
aflikke
we lick
aflikke
you all lick
aflikke
they lick
Du
Ihr
Imperative mood
lik af
lick
likt af
lick

Examples of aflikken

Example in DutchTranslation in English
"Jack Mosley, eet smakelijk." Je zult je woorden inslikken en je vingers erbij aflikken."Jack Mosley, ha-ha-ha, eat this. " Make you eat your words, lick your fingers too.
'Terug naar de onderkant van de leiband,' 'dat is waar mijn plaats is,' 'auto''s achterna zitten en gezichten aflikken.'/ Back on the south end of the leash / / ls where my place is / / Chasing cars and licking faces /
- Jij mag m'n vingers aflikken.Radar, I'll let you lick my fingers for this.
- Mag ik de knots aflikken?Hey can I lick the mace?
Achter katten aanzitten, mijn kont aflikken, mijn eigen kots opeten.Chasing cats, licking my own rear end, eating my own vomit.
- Ik heb de lepel afgelikt.Oh. Go on. - I licked the spoon.
Dat we slagroom van elkaar afgelikt hebben.The two of us licked whipped cream off of each other once.
De saus was zo lekker dat ik m'n bord praktisch heb afgelikt.Oh, the sauce was so delicious, I practically licked my plate.
Hebben ze ooit eerder chocoladesiroop van je afgelikt?Have you ever had chocolate syrup licked off of you before?
Heeft 'n hond je soms afgelikt?Like a dog licked it.
Kijk hoe ik m'n vingers aflik.Look how l'm licking my fingers.
Laat je niet aflik...- You great... - Don't let them lick...
Verwacht je dan dat ik mijzelf aflik?-Here, come on. Do you expect me to lick myself?
Verwacht zeker niet dat ik je gezicht aflik en dan is alles goed.Just don't expect me to lick your face and we're good.
Haren op de fles, de kat die 't bordje aflikt...You get cat hair on a baby bottle, a cat can lick a baby's dish, - you get cat saliva everywhere.
Hij heeft teveel van waar de kat zijn reet mee aflikt.He's got too much of what the cat licks its ass with.
Ik wil haar zijn, in die jurk, terwijl hij m'n tieten aflikt.I wanna be her, in that dress, with him licking my teapot lids.
Ik wil ook wel een meid met grote tieten die pindakaas van mijn tenen aflikt.Yeah: I'd Iike a big-tittie girl to lick peanut butter off my toes:
Je vindt het idee dat je iets liefs en schattigs hebt, dat je gezicht aflikt en onvoorwaardelijke liefde geeft leuk.You like the idea of something cute and cuddly licking your face, giving you unconditional affection.
Dat jij slagroom van een meid aflikte... en een kers uit haar mond at.You licked whipped cream off a girl's stomach... - ... and ate a cherry out of her mouth.
Toen je aan mijn gezicht likte, met je tong mijn wang aflikte... was dat schijnbaar genoeg om mijn kiezen eruit te willen trekken, toch?What are the rules? When you licked my face, when you put your tongue on my cheek, apparently that was just what you needed to get in the mood to rip out my molars, right?

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

afbakken
bake
afbekken
do
afbikken
do
afdekken
cover up
afdokken
do
afhakken
hack
aflakken
do
aflekken
do
afliegen
do
afliggen
do
aflijnen
do
aflokken
do
afmikken
do
afnokken
do
afpakken
take away

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'lick':

None found.
Learning languages?