Get a Dutch Tutor
to do
- Ik ben wezen shoppen.
I've been doing some shopping.
- Ik haat shoppen.
-I don't like shopping.
- Ik moet gaan shoppen, nietwaar?
I need to go shopping, don't I?
- Ik was niet aan het "dokter shoppen", als je daarop doelt. - Nee, ik doel helemaal nergens op.
Look, I wasn't "doctor shopping", if that's what you're implying.
- Ik wil niet shoppen.
- I don't want to shop.
'Oké, zwarte kerel gaat naar hier komen en een shop openen waar je dope koopt.'
"okay, black dude's about to come here and open up a dope shop."
- De zaken gaan niet goed in de shop.
It's just slowing down at the shop. Lester?
- Weet ik niet. Maar als de caissière zijn doelwit was, zou hij zicht in de shop willen hebben.
I don't know - but if the cashier was his real target, you'd think he'd want a sight-line into the shop...
-Praat met de mannen bij de tattoo shop.
- Talked to the guys down at the tattoo parlor.
Dat is een donut shop eigendom van en wordt geëxploiteerd door een 82-jarige man en zijn vrouw.
That's a donut shop owned and operated by an 82-year-old man and his wife.
- Nee. Waar eet je dan als je shopt?
- Where do you eat when you shop?
Als je niet shopt bij Target, kun je nu de hand aan jezelf slaan.
"Just in case you don't shop at Target. Then you can go screw yourself.
Ik vroeg de mama waar ze shopt, wie thuis kookt, of ze kruiden van de tuin gebruiken...
I asked the mom where they shop, who does the cooking at home, if they've been using herbs from a garden...