Etymology
Blog
Etymology Blog

Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Opleuken (to pimp up) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
leuk op
leukt op
leukt op
leuken op
leuken op
leuken op
Present perfect tense
heb opgeleukt
hebt opgeleukt
heeft opgeleukt
hebben opgeleukt
hebben opgeleukt
hebben opgeleukt
Past tense
leukte op
leukte op
leukte op
leukten op
leukten op
leukten op
Future tense
zal opleuken
zult opleuken
zal opleuken
zullen opleuken
zullen opleuken
zullen opleuken
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou opleuken
zou opleuken
zou opleuken
zouden opleuken
zouden opleuken
zouden opleuken
Subjunctive mood
leuke op
leuke op
leuke op
leuke op
leuke op
leuke op
Past perfect tense
had opgeleukt
had opgeleukt
had opgeleukt
hadden opgeleukt
hadden opgeleukt
hadden opgeleukt
Future perf.
zal opgeleukt hebben
zal opgeleukt hebben
zal opgeleukt hebben
zullen opgeleukt hebben
zullen opgeleukt hebben
zullen opgeleukt hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou opgeleukt hebben
zou opgeleukt hebben
zou opgeleukt hebben
zouden opgeleukt hebben
zouden opgeleukt hebben
zouden opgeleukt hebben
Present bijzin tense
opleuk
opleukt
opleukt
opleuken
opleuken
opleuken
Past bijzin tense
opleukte
opleukte
opleukte
opleukten
opleukten
opleukten
Future bijzin tense
zal opleuken
zult opleuken
zal opleuken
zullen opleuken
zullen opleuken
zullen opleuken
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou opleuken
zou opleuken
zou opleuken
zouden opleuken
zouden opleuken
zouden opleuken
Subjunctive bijzin mood
opleuke
opleuke
opleuke
opleuke
opleuke
opleuke
Du
Ihr
Imperative mood
leuk op
leukt op

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

opleggen
impose
opleiden
train
opletten
pay attention
oplikken
lick
opluiken
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

opbellen
call
opjutten
do
opkoteren
do
opkramen
do
oplappen
tinker
opleggen
impose
opletten
pay attention
opleven
revive
oppeuzelen
crimp
opporren
poke

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'pimp up':

None found.