Cooljugator Logo Get a Dutch Tutor

heugen

to do

Looking for learning resources? Study with our courses! Get a full course →

Conjugation of heugen

Hij/Zij/Het
Present tense
heugt
he/she/it does
Present perfect tense
heeft geheugd
he/she/it has done
Past tense
heugde
he/she/it did
Future tense
zal heugen
he/she/it will do
Hij/Zij/Het
Conditional mood
zou heugen
he/she/it would do
Subjunctive mood
heuge
he/she/it do
Past perfect tense
had geheugd
he/she/it had done
Future perf.
zal geheugd hebben
he/she/it will have done
Hij/Zij/Het
Conditional perfect tense
zou geheugd hebben
he/she/it would have done
Du
Ihr
Imperative mood
-
do
-
do

Examples of heugen

Al kan ik me niet heugen dat het zo voelde, snap je?

Although I don't really remember feeling that way.

Echt niet. Maar ik weet wel dat ik de dingen nu duidelijker zie, dan ik me kan heugen.

But I do know that I'm seeing things more clearly today than any time that I can remember.

Het enigste wat ik me kan heugen is dat ik een rilling over mijn rug voelde gaan, en dat mijn hoofd leeg raakte.

All I remember is that I felt a chill down my spine. And my head turned blank.

Het kan me niet heugen dat ik Odo ooit zo verbouwereerd heb gezien.

l don't think l can remember Odo ever looking so...perplexed.

Ik geloof niet dat m'n vrouw zich kan heugen dat ze ooit zo gelukkig was.

With all due respect, sir, I don't think my wife can remember when she's been so happy.