Ontglippen (to slip) conjugation

Dutch
17 examples

Conjugation of ontglippen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
ontglip
I slip
ontglipt
you slip
ontglipt
he/she/it slips
ontglippen
we slip
ontglippen
you all slip
ontglippen
they slip
Present perfect tense
ben ontglipt
I have slipped
bent ontglipt
you have slipped
is ontglipt
he/she/it has slipped
zijn ontglipt
we have slipped
zijn ontglipt
you all have slipped
zijn ontglipt
they have slipped
Past tense
ontglipte
I slipped
ontglipte
you slipped
ontglipte
he/she/it slipped
ontglipten
we slipped
ontglipten
you all slipped
ontglipten
they slipped
Future tense
zal ontglippen
I will slip
zult ontglippen
you will slip
zal ontglippen
he/she/it will slip
zullen ontglippen
we will slip
zullen ontglippen
you all will slip
zullen ontglippen
they will slip
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou ontglippen
I would slip
zou ontglippen
you would slip
zou ontglippen
he/she/it would slip
zouden ontglippen
we would slip
zouden ontglippen
you all would slip
zouden ontglippen
they would slip
Subjunctive mood
ontglippe
I slip
ontglippe
you slip
ontglippe
he/she/it slip
ontglippe
we slip
ontglippe
you all slip
ontglippe
they slip
Past perfect tense
was ontglipt
I had slipped
was ontglipt
you had slipped
was ontglipt
he/she/it had slipped
waren ontglipt
we had slipped
waren ontglipt
you all had slipped
waren ontglipt
they had slipped
Future perf.
zal ontglipt zijn
I will have slipped
zal ontglipt zijn
you will have slipped
zal ontglipt zijn
he/she/it will have slipped
zullen ontglipt zijn
we will have slipped
zullen ontglipt zijn
you all will have slipped
zullen ontglipt zijn
they will have slipped
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou ontglipt zijn
I would have slipped
zou ontglipt zijn
you would have slipped
zou ontglipt zijn
he/she/it would have slipped
zouden ontglipt zijn
we would have slipped
zouden ontglipt zijn
you all would have slipped
zouden ontglipt zijn
they would have slipped
Du
Ihr
Imperative mood
ontglip
slip
ontglipt
slip

Examples of ontglippen

Example in DutchTranslation in English
- Die kerel blijft je ontglippen... alsof je hem haast niet wilt pakken.This guy keeps slipping out of your hands, almost as if you don't want to catch him.
- En Hannibal zal ontglippen.- And Hannibal will slip away.
- Je voelt die macht je ontglippen... en dat kan je niet verdragen.- Watch it. And then you feel that power slipping away, and you can't stand it.
- Soms ontglippen er dingen.- Things slip out.
Aangezien jij onze sukkel hebt laten ontglippen... moet jij het kind en de dikke overtuigen om zijn plaats in te nemen.Since you let our patsy slip away, you've gotta convince the little kid and the fat guy to take his place.
Als we te snel bewegen , ontglip hij ons weer.No, not yet. If we move too quickly, he could slip away again.
Deze keer ontglip je me niet.You're not gonna slip away this time.
- De hele wereld ontglipt de reden.The whole world has slipped from reason.
- Het spijt me, het is me helemaal ontglipt.I'm so sorry. It totally slipped my mind.
- Is dat zo? Het kan me ontglipt zijn.It may have slipped out.
- Ja, hij is ons ontglipt, dus... we bellen je terug als we hem hebben. Dit is erg vreemd.Yeah, he kind of slipped away from us, so we'll call you back when we get him.
Antonio Reyes is hem ontglipt.Antonio reyes slipped his tail.
- Het ontglipte me.I know. I'm sorry. It just kinda slipped out.
Dat "Kate" ontglipte me, van toen ik je nog kende... als een aardig mens.That "Kate" kind of slipped out from the times I remembered you as being nice people.
Dat ontglipte me net.Oops! That just slipped out. Hmm.
Dat ontglipte me, vertel het aan niemand.Totally slipped out. Don't tell anyone. I don't really want it getting out there, you know.
Een paar dagen geleden ontglipte hij aan de bewaking en hij zit hier ergens ondergedoken.Couple days ago, he slipped surveillance, and he's holed up somewhere out here.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

ontglijden
do
ontslippen
do
uitglippen
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

ondervoeden
undernourish
onduleren
corrugate
ontaarden
degenerate
ontboezemen
unbosom
ontfronsen
do
ontgeven
do
ontglijden
do
ontgloeien
do
onthullen
reveal
ontkalken
descale

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'slip':

None found.
Learning languages?