Opdraven (to emerge) conjugation

Dutch
1 examples

Conjugation of opdraven

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
draaf op
I emerge
draaft op
you emerge
draaft op
he/she/it emerges
draven op
we emerge
draven op
you all emerge
draven op
they emerge
Present perfect tense
heb opgedraafd
I have emerged
hebt opgedraafd
you have emerged
heeft opgedraafd
he/she/it has emerged
hebben opgedraafd
we have emerged
hebben opgedraafd
you all have emerged
hebben opgedraafd
they have emerged
Past tense
draafde op
I emerged
draafde op
you emerged
draafde op
he/she/it emerged
draafden op
we emerged
draafden op
you all emerged
draafden op
they emerged
Future tense
zal opdraven
I will emerge
zult opdraven
you will emerge
zal opdraven
he/she/it will emerge
zullen opdraven
we will emerge
zullen opdraven
you all will emerge
zullen opdraven
they will emerge
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou opdraven
I would emerge
zou opdraven
you would emerge
zou opdraven
he/she/it would emerge
zouden opdraven
we would emerge
zouden opdraven
you all would emerge
zouden opdraven
they would emerge
Subjunctive mood
drave op
I emerge
drave op
you emerge
drave op
he/she/it emerge
drave op
we emerge
drave op
you all emerge
drave op
they emerge
Past perfect tense
had opgedraafd
I had emerged
had opgedraafd
you had emerged
had opgedraafd
he/she/it had emerged
hadden opgedraafd
we had emerged
hadden opgedraafd
you all had emerged
hadden opgedraafd
they had emerged
Future perf.
zal opgedraafd hebben
I will have emerged
zal opgedraafd hebben
you will have emerged
zal opgedraafd hebben
he/she/it will have emerged
zullen opgedraafd hebben
we will have emerged
zullen opgedraafd hebben
you all will have emerged
zullen opgedraafd hebben
they will have emerged
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou opgedraafd hebben
I would have emerged
zou opgedraafd hebben
you would have emerged
zou opgedraafd hebben
he/she/it would have emerged
zouden opgedraafd hebben
we would have emerged
zouden opgedraafd hebben
you all would have emerged
zouden opgedraafd hebben
they would have emerged
Present bijzin tense
opdraaf
I emerge
opdraaft
you emerge
opdraaft
he/she/it emerges
opdraven
we emerge
opdraven
you all emerge
opdraven
they emerge
Past bijzin tense
opdraafde
I emerged
opdraafde
you emerged
opdraafde
he/she/it emerged
opdraafden
we emerged
opdraafden
you all emerged
opdraafden
they emerged
Future bijzin tense
zal opdraven
I will emerge
zult opdraven
you will emerge
zal opdraven
he/she/it will emerge
zullen opdraven
we will emerge
zullen opdraven
you all will emerge
zullen opdraven
they will emerge
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou opdraven
I would emerge
zou opdraven
you would emerge
zou opdraven
he/she/it would emerge
zouden opdraven
we would emerge
zouden opdraven
you all would emerge
zouden opdraven
they would emerge
Subjunctive bijzin mood
opdrave
I emerge
opdrave
you emerge
opdrave
he/she/it emerge
opdrave
we emerge
opdrave
you all emerge
opdrave
they emerge
Du
Ihr
Imperative mood
draaf op
emerge
draaft op
emerge

Examples of opdraven

Example in DutchTranslation in English
Het is vermoedelijk veilig aan te nemen, dat wij vermoedelijk niet triomfantelijk zullen opdraven.It is probably safe to assume that we will probably not emerge victorious from this match.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

afdraven
do
omgraven
do
opdelven
quarry
opdragen
instruct
opdrogen
dry
opgraven
exhume

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

ontvlammen
inflame
ontwateren
dehydrate
ontzielen
do
opboksen
compete
opdouwen
do
opdragen
instruct
opdreggen
do
openhouden
hold open
openpeuteren
open pick
opensnijden
cut

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'emerge':

None found.
Learning languages?