Etymology
Blog
Etymology Blog

Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Loten (to do) conjugation

Dutch
5 examples
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
loot
loot
loot
loten
loten
loten
Present perfect tense
heb geloot
hebt geloot
heeft geloot
hebben geloot
hebben geloot
hebben geloot
Past tense
lootte
lootte
lootte
lootten
lootten
lootten
Future tense
zal loten
zult loten
zal loten
zullen loten
zullen loten
zullen loten
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou loten
zou loten
zou loten
zouden loten
zouden loten
zouden loten
Subjunctive mood
lote
lote
lote
lote
lote
lote
Past perfect tense
had geloot
had geloot
had geloot
hadden geloot
hadden geloot
hadden geloot
Future perf.
zal geloot hebben
zal geloot hebben
zal geloot hebben
zullen geloot hebben
zullen geloot hebben
zullen geloot hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geloot hebben
zou geloot hebben
zou geloot hebben
zouden geloot hebben
zouden geloot hebben
zouden geloot hebben
Du
Ihr
Imperative mood
loot
loot

Examples of loten

Example in DutchTranslation in English
loten
- Dan loten we.		- Then why don't we draw straws?
- We loten erom.- We'll do spuds, eh, Charl?
Agamemnon, aangezien wij als enigen getrouwd zijn... hoe zullen we loten?Agamemnon, as we two are the only ones who are married, how do you suggest we cast the lots?
Als er te veel vrijwilligers zijn, gaan ze dan loten?What'll he do if he gets too many volunteers? Draw straws?
De Power Ball-loterij staat op 300 miljoen. Maar ze verkopen hier geen loten.The Powerball lottery is up to 300 million and they don't sell tickets here.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

atten
gulp down
baten
avail
boten
do
buten
do
daten
date
enten
inoculate
etten
do
haten
hate
heten
be called
keten
chain
koten
do
laden
load
laken
do
laten
have
laven
refresh

Similar but longer

bloten
dewool
inloten
do
kloten
balls
ploten
shear
sloten
do

Random

lopen
walk
losgespen
go nuts
loshalen
do
loskloppen
do
loslopen
loosen
losvliegen
do
loszitten
do
louteren
do
lunchen
lunch
lurken
lurk

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.