Keutelen (to do) conjugation

Dutch
3 examples

Conjugation of keutelen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
keutel
I do
keutelt
you do
keutelt
he/she/it does
keutelen
we do
keutelen
you all do
keutelen
they do
Present perfect tense
heb gekeuteld
I have done
hebt gekeuteld
you have done
heeft gekeuteld
he/she/it has done
hebben gekeuteld
we have done
hebben gekeuteld
you all have done
hebben gekeuteld
they have done
Past tense
keutelde
I did
keutelde
you did
keutelde
he/she/it did
keutelden
we did
keutelden
you all did
keutelden
they did
Future tense
zal keutelen
I will do
zult keutelen
you will do
zal keutelen
he/she/it will do
zullen keutelen
we will do
zullen keutelen
you all will do
zullen keutelen
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou keutelen
I would do
zou keutelen
you would do
zou keutelen
he/she/it would do
zouden keutelen
we would do
zouden keutelen
you all would do
zouden keutelen
they would do
Subjunctive mood
keutele
I do
keutele
you do
keutele
he/she/it do
keutele
we do
keutele
you all do
keutele
they do
Past perfect tense
had gekeuteld
I had done
had gekeuteld
you had done
had gekeuteld
he/she/it had done
hadden gekeuteld
we had done
hadden gekeuteld
you all had done
hadden gekeuteld
they had done
Future perf.
zal gekeuteld hebben
I will have done
zal gekeuteld hebben
you will have done
zal gekeuteld hebben
he/she/it will have done
zullen gekeuteld hebben
we will have done
zullen gekeuteld hebben
you all will have done
zullen gekeuteld hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gekeuteld hebben
I would have done
zou gekeuteld hebben
you would have done
zou gekeuteld hebben
he/she/it would have done
zouden gekeuteld hebben
we would have done
zouden gekeuteld hebben
you all would have done
zouden gekeuteld hebben
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
keutel
do
keutelt
do

Examples of keutelen

Example in DutchTranslation in English
Dan laat die vogel wel een enorme keutel vallen.Well, that bird is taking one heck of a dookie.
Wat moet ze met een keutel?What's she gonna do with a turd, bronze it?
We willen daar niet naar toe gaan, een paar mensen neerschieten, en Bragg voor het gerecht brengen en dat jij je keutel dan intrekt.Because we don't wanna go up there, shoot up a bunch of people and get Bragg into court to have you dry up and blow away.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

kantelen
tilt
kartelen
pink
keuteren
do
keuvelen
chat
kietelen
tickle
kittelen
do
reutelen
rattle

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

kalefateren
caulk
kammen
comb
karren
do
kerkeren
dungeon
keten
chain
keuren
inspect
keuteren
do
kiteboarden
kiteboard
kittelen
do
klaarspelen
manage

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.
Learning languages?