Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Existeren (to exhort) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
existeer
existeert
existeert
existeren
existeren
existeren
Present perfect tense
heb geëxisteerd
hebt geëxisteerd
heeft geëxisteerd
hebben geëxisteerd
hebben geëxisteerd
hebben geëxisteerd
Past tense
existeerde
existeerde
existeerde
existeerden
existeerden
existeerden
Future tense
zal existeren
zult existeren
zal existeren
zullen existeren
zullen existeren
zullen existeren
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou existeren
zou existeren
zou existeren
zouden existeren
zouden existeren
zouden existeren
Subjunctive mood
existere
existere
existere
existere
existere
existere
Past perfect tense
had geëxisteerd
had geëxisteerd
had geëxisteerd
hadden geëxisteerd
hadden geëxisteerd
hadden geëxisteerd
Future perf.
zal geëxisteerd hebben
zal geëxisteerd hebben
zal geëxisteerd hebben
zullen geëxisteerd hebben
zullen geëxisteerd hebben
zullen geëxisteerd hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geëxisteerd hebben
zou geëxisteerd hebben
zou geëxisteerd hebben
zouden geëxisteerd hebben
zouden geëxisteerd hebben
zouden geëxisteerd hebben
Du
Ihr
Imperative mood
existeer
existeert

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

duisteren
do
exalteren
exalt
exciteren
do
heisteren
heist honor
klisteren
do
knisteren
crunch
luisteren
listen
teisteren
afflict

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'exhort':

None found.