Etymology
Blog
Etymology Blog

Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Afscheppen (to do) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
schep af
schept af
schept af
scheppen af
scheppen af
scheppen af
Present perfect tense
heb afgeschept
hebt afgeschept
heeft afgeschept
hebben afgeschept
hebben afgeschept
hebben afgeschept
Past tense
schepte af
schepte af
schepte af
schepten af
schepten af
schepten af
Future tense
zal afscheppen
zult afscheppen
zal afscheppen
zullen afscheppen
zullen afscheppen
zullen afscheppen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou afscheppen
zou afscheppen
zou afscheppen
zouden afscheppen
zouden afscheppen
zouden afscheppen
Subjunctive mood
scheppe af
scheppe af
scheppe af
scheppe af
scheppe af
scheppe af
Past perfect tense
had afgeschept
had afgeschept
had afgeschept
hadden afgeschept
hadden afgeschept
hadden afgeschept
Future perf.
zal afgeschept hebben
zal afgeschept hebben
zal afgeschept hebben
zullen afgeschept hebben
zullen afgeschept hebben
zullen afgeschept hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou afgeschept hebben
zou afgeschept hebben
zou afgeschept hebben
zouden afgeschept hebben
zouden afgeschept hebben
zouden afgeschept hebben
Present bijzin tense
afschep
afschept
afschept
afscheppen
afscheppen
afscheppen
Past bijzin tense
afschepte
afschepte
afschepte
afschepten
afschepten
afschepten
Future bijzin tense
zal afscheppen
zult afscheppen
zal afscheppen
zullen afscheppen
zullen afscheppen
zullen afscheppen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou afscheppen
zou afscheppen
zou afscheppen
zouden afscheppen
zouden afscheppen
zouden afscheppen
Subjunctive bijzin mood
afscheppe
afscheppe
afscheppe
afscheppe
afscheppe
afscheppe
Du
Ihr
Imperative mood
schep af
schept af

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

afschampen
glance
afscheiden
skive
afschenken
do
afschermen
fence off
afscherven
do
afschetsen
adumbrate
afscheuren
tear
afschoppen
do
afschrapen
scrap
inscheppen
do
opscheppen
serve

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

afragen
do
afrijten
do
afrossen
do
afrukken
do
afschaven
skive
afschepen
put off
afscheren
shave off
afschreien
do
afsjokken
do
afslappen
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.