Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Aanbalken (to do) conjugation

Dutch
1 examples
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
balk aan
balkt aan
balkt aan
balken aan
balken aan
balken aan
Present perfect tense
heb aangebalkt
hebt aangebalkt
heeft aangebalkt
hebben aangebalkt
hebben aangebalkt
hebben aangebalkt
Past tense
balkte aan
balkte aan
balkte aan
balkten aan
balkten aan
balkten aan
Future tense
zal aanbalken
zult aanbalken
zal aanbalken
zullen aanbalken
zullen aanbalken
zullen aanbalken
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou aanbalken
zou aanbalken
zou aanbalken
zouden aanbalken
zouden aanbalken
zouden aanbalken
Subjunctive mood
balke aan
balke aan
balke aan
balke aan
balke aan
balke aan
Past perfect tense
had aangebalkt
had aangebalkt
had aangebalkt
hadden aangebalkt
hadden aangebalkt
hadden aangebalkt
Future perf.
zal aangebalkt hebben
zal aangebalkt hebben
zal aangebalkt hebben
zullen aangebalkt hebben
zullen aangebalkt hebben
zullen aangebalkt hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou aangebalkt hebben
zou aangebalkt hebben
zou aangebalkt hebben
zouden aangebalkt hebben
zouden aangebalkt hebben
zouden aangebalkt hebben
Present bijzin tense
aanbalk
aanbalkt
aanbalkt
aanbalken
aanbalken
aanbalken
Past bijzin tense
aanbalkte
aanbalkte
aanbalkte
aanbalkten
aanbalkten
aanbalkten
Future bijzin tense
zal aanbalken
zult aanbalken
zal aanbalken
zullen aanbalken
zullen aanbalken
zullen aanbalken
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou aanbalken
zou aanbalken
zou aanbalken
zouden aanbalken
zouden aanbalken
zouden aanbalken
Subjunctive bijzin mood
aanbalke
aanbalke
aanbalke
aanbalke
aanbalke
aanbalke
Du
Ihr
Imperative mood
balk aan
balkt aan

Examples of aanbalken

Example in DutchTranslation in English
Hij ging recht door het midden, met zijn hoofd tegen elke balk aan knallend.He went right down the middle, smacking' his head on every beam, man.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

aanbakken
stick to the pan
aanbikken
do
aanboeken
do
aanbreken
dawn
aankalken
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.