Verzitten (to do) conjugation

Dutch

Conjugation of verzitten

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
verzit
I do
verzit
you do
verzit
he/she/it does
verzitten
we do
verzitten
you all do
verzitten
they do
Present perfect tense
heb verzeten
I have done
hebt verzeten
you have done
heeft verzeten
he/she/it has done
hebben verzeten
we have done
hebben verzeten
you all have done
hebben verzeten
they have done
Past tense
verzat
I did
verzat
you did
verzat
he/she/it did
verzaten
we did
verzaten
you all did
verzaten
they did
Future tense
zal verzitten
I will do
zult verzitten
you will do
zal verzitten
he/she/it will do
zullen verzitten
we will do
zullen verzitten
you all will do
zullen verzitten
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou verzitten
I would do
zou verzitten
you would do
zou verzitten
he/she/it would do
zouden verzitten
we would do
zouden verzitten
you all would do
zouden verzitten
they would do
Subjunctive mood
verzitte
I do
verzitte
you do
verzitte
he/she/it do
verzitte
we do
verzitte
you all do
verzitte
they do
Past perfect tense
had verzeten
I had done
had verzeten
you had done
had verzeten
he/she/it had done
hadden verzeten
we had done
hadden verzeten
you all had done
hadden verzeten
they had done
Future perf.
zal verzeten hebben
I will have done
zal verzeten hebben
you will have done
zal verzeten hebben
he/she/it will have done
zullen verzeten hebben
we will have done
zullen verzeten hebben
you all will have done
zullen verzeten hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou verzeten hebben
I would have done
zou verzeten hebben
you would have done
zou verzeten hebben
he/she/it would have done
zouden verzeten hebben
we would have done
zouden verzeten hebben
you all would have done
zouden verzeten hebben
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
verzit
do
verzit
do

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.
Learning languages?