Etymology
Blog
Etymology Blog

Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Verstompen (to deaden) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
verstomp
verstompt
verstompt
verstompen
verstompen
verstompen
Present perfect tense
heb verstompt
hebt verstompt
heeft verstompt
hebben verstompt
hebben verstompt
hebben verstompt
Past tense
verstompte
verstompte
verstompte
verstompten
verstompten
verstompten
Future tense
zal verstompen
zult verstompen
zal verstompen
zullen verstompen
zullen verstompen
zullen verstompen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou verstompen
zou verstompen
zou verstompen
zouden verstompen
zouden verstompen
zouden verstompen
Subjunctive mood
verstompe
verstompe
verstompe
verstompe
verstompe
verstompe
Past perfect tense
had verstompt
had verstompt
had verstompt
hadden verstompt
hadden verstompt
hadden verstompt
Future perf.
zal verstompt hebben
zal verstompt hebben
zal verstompt hebben
zullen verstompt hebben
zullen verstompt hebben
zullen verstompt hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou verstompt hebben
zou verstompt hebben
zou verstompt hebben
zouden verstompt hebben
zouden verstompt hebben
zouden verstompt hebben
Du
Ihr
Imperative mood
verstomp
verstompt

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

verstappen
do
verstoelen
do
verstokken
harden
verstommen
fall silent
verstoppen
hide
verstouwen
stow

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

vermurwen
soften
verstellen
mend
verstijven
stiffen
verstikken
suffocate
verstommen
fall silent
verstoppen
hide
vertakken
branch out
vertalen
translate
vertassen
do
vertolken
interpret

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'deaden':

None found.