Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Verkoken (to do) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
verkook
verkookt
verkookt
verkoken
verkoken
verkoken
Present perfect tense
heb verkookt
hebt verkookt
heeft verkookt
hebben verkookt
hebben verkookt
hebben verkookt
Past tense
verkookte
verkookte
verkookte
verkookten
verkookten
verkookten
Future tense
zal verkoken
zult verkoken
zal verkoken
zullen verkoken
zullen verkoken
zullen verkoken
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou verkoken
zou verkoken
zou verkoken
zouden verkoken
zouden verkoken
zouden verkoken
Subjunctive mood
verkoke
verkoke
verkoke
verkoke
verkoke
verkoke
Past perfect tense
had verkookt
had verkookt
had verkookt
hadden verkookt
hadden verkookt
hadden verkookt
Future perf.
zal verkookt hebben
zal verkookt hebben
zal verkookt hebben
zullen verkookt hebben
zullen verkookt hebben
zullen verkookt hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou verkookt hebben
zou verkookt hebben
zou verkookt hebben
zouden verkookt hebben
zouden verkookt hebben
zouden verkookt hebben
Du
Ihr
Imperative mood
verkook
verkookt

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

verkeren
be
verkolen
carbonize
verkopen
sell
vermaken
amuse
verroken
do
verweken
soften
verzaken
leave out

Similar but longer

overkoken
overboil
verkokeren
cool times

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.